NL
Monteer de detector niet op deze locaties
Ruimtes
met
badkamers), insecten, stof/vuil, gemakkelijk vervuild en hoge
temperaturen.
Binnen 1,5 meter van lampen, naast luchtuitlaten (bijvoorbeeld
deuren/ramen), ventilatoren en centrale verwarming.
Boven in een kamer met schuine daken, in de hoek van de
kamer of in andere ruimtes met dode lucht.
Moeilijk toegankelijke plaatsen, waardoor de testfunctie moeilijk
te bedienen is.
Montage instructies
Stap 1: Draai de montagebeugel linksom van de melder af.
Stap 2: Plaats de beugel op de montagepositie en markeer de 2 schroefgaten.
Stap 3: Boor twee montagegaten van 5 mm en plaats de twee plastic
ankerpluggen met een hamer.
Stap 4: Schroef de montagebeugel aan het plafond of de muur.
Stap 5: Bevestig de detector aan de montagebeugel en draai hem met de klok mee om de
detector te vergrendelen.
Figuur 4: Aanbevolen montagelocaties
17
een
hoge
luchtvochtigheid
(bijv.
keukens,
Figuur 5: Aanbevolen montagelocaties
Figuur 3: Aanbevolen
montagelocaties