b) Inschakelduur
De eerste beide cijfers geven de getalwaarde en de volgende beide cijfers de multiplicator met de
betreffende tijdseenheid weer.
Voorbeeld (fabrieksinstelling): 1 minuut: invoer 44 21 = 15 * 4 seconden = 60 seconden
In te voeren
getalpaar
11
12
13
14
21
22
23
24
31
32
33
34
41
42
43
44
342
Getalwaarde
1e en 2e cijfer
Eindloos
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
Multiplicator
3e en 4e cijfer
0,25 seconden
0,5 seconden
1 seconde
2 seconden
4 seconden
8 seconden
16 seconden
32 seconden
64 seconden = 1,07 minuten
128 seconden = 2,13 minuten
256 seconden = 4,27 minuten
512 seconden = 8,53 minuten
1024 seconden = 17,07 minuten
1024 seconden = 17,07 minuten
1024 seconden = 17,07 minuten
1024 seconden = 17,07 minuten