Eburon MIG 300 PULS / Eburon MIG 300 PULS Wk-S
- De booglasser moet zich kleden en beschermen conform de beperkingen van het werk.
- Zorg ervoor dat geen enkel deel van het lichaam van de operatoren en hun helpers in contact kan komen met werkstukken en metalen
delen van het lascircuit, laat staan met elementen die onder netspanning zouden kunnen staan.
- De lasser moet altijd een individuele, isolerende bescherming dragen.
De operator en zijn helpers dragen de volgende beschermende uitrusting: handschoenen, schorten, veiligheidsschoenen. Deze bieden het
bijkomende voordeel dat ze worden beschermd tegen de brandwonden van hete delen, spatten en slakken. Zorg ervoor dat deze uitrustingen
in een goede staat zijn en vervang ze vóór u niet langer beschermd wordt.
- Het is essentieel dat de ogen beschermd worden tegen de elektrische boog (verblinding van de boog in zichtbaar licht en de infrarode
en ultraviolette stralen).
- Bescherm het haar en het gelaat tegen spatten. Het lasmasker, met of zonder helm, is altijd uitgerust met een specifieke beschermingsfilter
met betrekking tot de intensiteit van de lasboogstroom (normen NS S 77-104 / A 88-221 / A 88-222 ).
De gekleurde filter kan door een transparant glas aan de voorzijde van het masker beschermd worden tegen schokken en spatten.
Het masker dat bij uw apparaat wordt meegeleverd, is uitgerust met een beschermende filter. Wanneer u dit masker vervangt, dan dient u
rekening te houden met dezelfde referenties (nummer van de doorzichtigheidsgraad). Zie onderstaande tabel met de aanbevolen nummer
in overeenstemming met het lasproces.
Mensen die in de buurt van de lasser komen, in het bijzonder mensen die de lasser helpen, moeten beschermd worden door het
plaatsen van aangepaste schermen, beschermende anti-UV-brillen en, indien nodig, een laskap met een aangepaste
beschermingsfilter (NF S 77-104- par. A 1.5).
OPMERKING: Er moet een hogere graad worden gebruikt indien er gelast wordt met een beperkte omgevingsverlichting.
1.3.2 Risico's op externe verwondingen
Bescherming tegen rook, dampen, schadelijke en giftige gassen.
- Booglassen met elektrodes moet uitgevoerd worden op plaatsen die naar behoren verlucht worden.
- De geproduceerde lasdampen moeten geleidelijk aan, naarmate ze geproduceerd worden, zo dicht mogelijk bij de plaats van uitstoot en zo
goed mogelijk opgevangen worden en rechtstreeks naar buiten worden afgevoerd. Indien dat in uw geval geldt, dan moet u zich met het oog
daarop uitrusten. (Art. R 232-1-7, decreet 84-1093 van 7.12.1984).
- Chloorhoudende oplosmiddelen en de bijbehorende dampen die (ook vanop afstand) in aanraking komen met de boogstralen, worden
getransformeerd tot giftige gassen. Veiligheid bij het gebruik van gas (TIG- of MIG-lassen met inert gas).
Opslag in de vorm van flessen onder druk
Leef de veiligheidsvoorschriften van de gasleverancier na, in het bijzonder:
- geen schokken: zeker de flessen en zorg ervoor dat deze geen schokken krijgen;
- geen overmatige hitte (hoger dan 50°C).
Ontspanner
- Controleer of de schroef van de ontspanner losgedraaid is vóór u de fles aansluit.
- Controleer of de aansluiting van de fles stevig is gebeurd vóór u de kraan van de fles opent. Draai de kraan steeds traagjes en per kwartslag
open.
- Indien er een lek optreedt, maak dan een aansluiting onder druk nooit los; sluit eerst de kraan van de fles.
- Gebruik steeds soepele leidingen die in goede staat zijn.
5