Ingangsselectie
Selecteer een ingangsbron in de vervolgkeuzelijst.
De instellingen aanpassen
Image (Beeld)
[Brightness]
(Helderheid)
[Contrast]
[Sharpness]
(Scherpte)
[Picture mode]
(Afbeeldingsmodus)
Audio
[Volume]
Management (Beheer)
[Power off
on No signal]
(Uitschakelen of
geen signaal)
[Lamp Power]
(Lampvermogen)
[Aspect]
(Beeldverhouding)
LAN-bediening
Regel de helderheid door op [+] of [-] te klikken.
Klik op [Reset] (Opnieuw instellen) om de
standaardwaarde 0 te herstellen.
(Zie p. 39 in de handleiding van de projector)
Regel het contrast door op [+] of [-] te klikken.
Klik op [Reset] (Opnieuw instellen) om de
standaardwaarde 0 te herstellen.
Regel de scherpte door op [+] of [-] te klikken.
Klik op [Reset] (Opnieuw instellen) om de
standaardwaarde 0 te herstellen.
Selecteer een afbeeldingsmodus in de
vervolgkeuzelijst.
Regel het volume door op [+] of [-] te klikken.
Klik op [Reset] (Opnieuw instellen) om de
standaardwaarde 5 te herstellen
Selecteer de waarde voor de uitschakeltimer nadat
geen signaal is gedetecteerd in de vervolgkeuzelijst.
Selecteer het lampvermogen in de
vervolgkeuzelijst.
Selecteer de beeldverhouding in de
vervolgkeuzelijst.
59
Nederlands
Nederlands