Inhoudsopgave
Advertenties
Sleutelwoorden toevoegen
Voeg verschillende sleutelwoorden toe aan iedere
opname, bijvoorbeeld de naam van de auteur, een
werktype, of attributen. Deze sleutelwoorden kunnen u
helpen bij het identificeren en toewijzen van opnames in
uw workflowoplossing, bijvoorbeeld Philips SpeechExec
software of SpeechLive.
Opmerking
• Voordat u sleutelwoorden aan een opname toevoegt,
moet u ze eerst instellen. Zie
voor meer informatie.
1
2
3
4
Auteurnaam
1
Werktype
2
Categorie
3
Streepjescode
4
Sleutelwoorden instellen
Stel sleutelwoorden in zodat u ze aan uw dictaten toe
kunt voegen.
Een sleutelwoord instellen:
1
Ga naar Instellingen > Verzendopties > Workflow in
de voice recorder-app.
2
Selecteer het label waar u sleutelwoorden aan toe
wilt voegen.
3
Voer een sleutelwoord in.
4
Tik op OK.
Meer sleutelwoorden toevoegen:
1
Ga naar Instellingen > Verzendopties > Workflow in
de voice recorder-app.
2
Selecteer het label waar u meer sleutelwoorden aan
toe wilt voegen.
30
Philips voice recorder-app
Sleutelwoorden instellen
3
Tik op het optiepictogram
4
Tik op Toevoegen.
5
Voer een sleutelwoord in.
6
Tik op OK.
Een standaard sleutelwoord instellen:
1
Als u een sleutelwoord heeft ingesteld, gaat u naar
Instellingen > Verzendopties > Workflow.
2
Selecteer een label waaraan u sleutelwoorden heeft
toegevoegd.
3
Selecteer een sleutelwoord uit de lijst met
sleutelwoorden.
X Er wordt een pop-upvenster geopend.
4
Tik op Inschakelen als standaard.
Sleutelwoorden aan een dictaat toevoegen
Opmerking
• Alleen de labels Categorie, Werktype, Auteur en
Oplevering hebben vervolgkeuzemenu's. Alle overige
labels zijn vrije tekstvelden.
• Als u een streepjescode heeft gescand, wordt het
streepjescodenummer automatisch weergegeven
in het venster Eigenschappen en op het
opnamescherm.
1
Selecteer een opname uit uw lijst met opnames en tik
vervolgens op het pictogram Eigenschappen
het opnamescherm.
U kunt ook naar uw lijst met opnames gaan op het
tabblad Opnames.
• Tik op de knop Opties
opname.
• Selecteer Eigenschappen uit het
vervolgkeuzemenu.
X Het venster Eigenschappen wordt geopend.
• Tik op het optiepictogram en
vervolgens op Bewerken om de eigenschappen te
bewerken.
2
Tik in het tekstveld naast de labels Categorie,
Werktype, Auteur, of Oplevering.
X Er wordt een vervolgkeuzemenu met uw vooraf
ingestelde sleutelwoorden geopend.
3
Selecteer een sleutelwoord uit het vervolgkeuzemenu.
4
Tik op het vrije tekstveld naast de labels
Streepjescode, Attribuut, of Opmerking en voer de
gewenste tekst in.
5
Tik op de Terug-toets als u klaar bent.
X Het pop-upvenster Opnamegegevens opslaan
wordt weergegeven.
6
Tik op Opslaan.
X Uw geselecteerde sleutelwoorden worden
weergegeven op het opnamescherm.
.
op
naast de betreffende
Advertenties
Inhoudsopgave
