1
Sluit het verzendende systeem
met een optionele LAN-kabel
(crossover-kabel) aan op het
ontvangende systeem.
LAN-kabel (crossover)
Opmerking
Hoewel een gewone LAN-kabel (straight-
kabel) kan worden gebruikt om het apparaat te
verbinden met het netwerk, kan dit type kabel
niet worden gebruikt voor deze bewerking.
Controleer goed welk type kabel (straight-kabel
of crossover-kabel) u gebruikt, omdat beide typen
erg op elkaar lijken.
2
Open het instelmenu op het
verzendende systeem en selecteer
[Move track data].
3
Lees de inhoud van de [Read me]
en selecteer [Next].
4
Selecteer de richting waarin u de
trackgegevens wilt verplaatsen
in de vervolgkeuzelijst [Moving
direction] en selecteer [Check].
5
Herhaal stap 2 tot en met 4 op het
ontvangende systeem.
Als niet alle gegevens kunnen worden
verplaatst (bijvoorbeeld omdat er
onvoldoende ruimte op de HDD
beschikbaar is of omdat er beperkingen
gelden voor het aantal mappen op het
ontvangende systeem), wordt een bericht
weergegeven. Als u het verplaatsen wilt
annuleren, selecteert u [Close] en selecteert
u vervolgens [Stop] in stap 6. Het apparaat
wordt automatisch opnieuw opgestart na het
annuleren.
6
Selecteer [Start] wanneer het
scherm voor het verplaatsen van
gegevens wordt weergegeven.
7
Selecteer [Yes].
Het verplaatsen wordt gestart.
Wanneer het verplaatsen is voltooid, wordt
het apparaat automatisch opnieuw opgestart
en vervolgens wordt het uitgeschakeld.
10
NL