Servicehandboek
5.5
Super-programma koelvak
Super-koelen wordt met de Super-toets gestart. De Super-LED brandt en het koelvak werkt met de doel-
temperatuur van 2°C. Na 24h of als opnieuw op de temperatuurinsteltoets wordt gedrukt, wordt weer
naar normaal bedrijf teruggekeerd.
5.6
Testprogramma
Oproepen van het testprogramma:
•
Apparaat uitschakelen.
•
Op de Super-toets drukken en deze ingedrukt houden.
•
Apparaat inschakelen.
•
Ca. 5s ingedrukt houden tot Lo verschijnt.
•
Super-toets loslaten.
•
In het display verschijnt P0.
Door drukken op de temperatuurinsteltoets wordt in het testprogramma vooruit gesprongen. Op de Super-
toets drukken activeert de testfase. Als 5min lang niet op een toets wordt gedrukt, gaat het apparaat weer
over op normale werking. Door uitschakelen van het apparaat wordt het testprogramma eveneens beëin-
digd.
Programma
P0
Condensor wordt aangestuurd.
P1
Ventilator vershoudvak wordt aangestuurd.
P2
Koelvakverwarming wordt aangestuurd.
P3
Magneetklep wordt aangestuurd.
P4
Pauze (er wordt geen verbruiker aangestuurd).
P5
Ruimtetemperatuurvoeler wordt aangetoond.
P6
Ruimtevoeler koelvak wordt aangetoond.
P7
Ruimtevoeler vershoudvak wordt aangetoond.
P8
Ruimtevoeler vershoudvakverdamper wordt aangetoond.
P9
Statusaanwijzing van het deurcontact.
PA
Ontdooifaze met daarop volgende overgang naar normale werking.
P9 - Statusaanwijzing van het deurcontact
Weergave
1 0
1 1
5.7
Magneetklepveiligheidsfunctie
Als de elektronica in de stilstandtijd van het apparaat een temperatuurdaling in het koelvak vaststelt,
wordt in een interval van 30min de magneetklep omgeschakeld, tot de koelvaktemperatuur in het nor-
male bereik ligt.
Uitsluitend voor intern gebruik
Functie
Deur dicht
Deur open
Functie
11