Functie van DPX404U, DPX304
Audio-instellingen – DPX404U/ DPX304 –
SRC
Audioregeling
U kunt de volgende audio-instellingsitems
aanpassen.
Display
Overzicht
"AUDIO CONTROL"
"SUBWOOFER SET" Schakelt de subwooferuitvoer in of uit.
"OFF"/ "ON"
"SYSTEM Q"
Schakelt over tussen de volgende vooraf
ingestelde equalizercurven.
"NATURAL"/ "USER"/ "ROCK"/ "POPS"/
"EASY"/ "TOP40"/ "JAZZ"/ "GAME"
Voor USER: Dit verschijnt als lagetonenniveau,
"BASS ADJUST"
U kunt de lage tonen instellen voor elke
geluidsbron.
"BASS FREQ"
Middenfrequentie van de lage tonen
40/50/60/70/80/100/120/150 (Hz)
"BASS LEVEL"
Niveau van de lage tonen
"–8" — "0" — "+8"
"BASS Q"
Kwaliteitsfactor van de lage tonen (Bass Q
Factor)
1.00/1.25/1.50/2.00
"BASS EXT"
Uitbreiding van de lage tonen
"ON"/ "OFF"
"MID ADJUST"
U kunt het midden instellen voor elke
geluidsbron.
"MID FREQ"
Middenfrequentie van de middentonen
0.50/1.00/1.50/2.00 (kHz)
"MID LEVEL"
Niveau van de middentonen
"–8" — "0" — "+8"
"MID Q"
Kwaliteitsfactor van de middentonen (Middle
Q Factor)
1.00/2.00
"TRE ADJUST"
U kunt hoge tonen instellen voor elke
geluidsbron.
"TRE FREQ"
Middenfrequentie van de hoge tonen
10.0/12.5/15.0/17.5 (kHz)
"TRE LEVEL"
Niveau van de hoge tonen
"–8" — "0" — "+8"
52
|
DPX504U/ DPX404U/ DPX304
VOL
middentonenniveau en
hogetonenniveau worden
ingesteld.
"BALANCE"
Hiermee wordt de balans tussen de linker- en
rechterluidspreker aangepast.
(Links) "L15" — "0" — "R15" (Rechts)
"FADER"
Hiermee wordt de balans tussen de voorste en
achterste luidspreker aangepast.
(Achter) "R15" — "0" — "F15" (Voor)
"SUB-W LEVEL"
U kunt het subwooferniveau instellen.
"–15" — "0" — "+15"
"DETAILED SET"
"LPF
Selecteert de grensfrequentie van de
SUBWOOFER"
subwooferuitgang.
"85"/ "120"/ "160"/ "THROUGH" (UIT) Hz
"SUB-W PHASE" Selecteert de fase van de subwooferuitgang.
"REVERSE" (180°)/ "NORMAL" (0°)
"SUPREME SET" Schakelt de Supreme-functie in en uit.
Kan worden ingesteld bij een
audiobestandsbron van CD/USB (met
uitzondering van iPod).
"ON" / "OFF"
"VOLUME
Stelt het volume van elke geluidsbron op een
OFFSET"
ander volume in dan het basisvolume.
"–8" — "0" (AUX: "–8" — "0" — "+8")
1
Selecteer de geluidsbron
Druk op de knop [SRC].
Selecteer andere geluidsbron dan "STANDBY".
2
Activeer de modus voor het instellen van
functies
Druk op de knop [VOL].
3
Activeer de audioregelfunctie
Draai aan de knop [VOL] om de gewenste optie
weer te geven en druk vervolgens op de knop
[VOL].
Selecteer "AUDIO CONTROL".
4
Selecteer het aan te passen instellingsitem
Draai aan de knop [VOL] om de gewenste optie
weer te geven en druk vervolgens op de knop
[VOL].
5
Voer een instelling uit
Draai aan de knop [VOL] om de gewenste
instelling te selecteren en druk vervolgens op
de knop [VOL].
6
Modus Functies instellen afsluiten
Houd de knop [
] ten minste 1 seconde
ingedrukt.
⁄
•
Het item "SUB-W PHASE" kan worden verricht wanneer een
andere instelling is geselecteerd dan "THROUGH" voor het
item "LPF SUBWOOFER".
(
: Fabrieksinstelling)