Uitgangen: Hiermee kunt u de status weergeven van de signaalgevers en relais. Druk op
Enter of om van de ene uitgang naar de volgende te springen.
Beschikbare details:
•
Of een uitgang is ingeschakeld of uitgeschakeld (AAN/UIT).
•
Of een alarmsituatie is opgetreden (gebeurtenis 1).
•
Of een alarmsituatie is opgetreden na een vertraging (gebeurtenis 2).
Relais
Als de toets Signaalgevers stop wordt ingedrukt voordat de uitgangen worden
gecontroleerd, worden alle signaalgevers weergegeven als UIT.
Uitgeschakeld: Hiermee kan de operator bekijken welke zones en elementen zijn
uitgeschakeld.
Er zijn twee opties:
•
Zones: om te controleren welke zones geheel of gedeeltelijk zijn uitgeschakeld.
•
Elementen: om te kijken welke melders zijn uitgeschakeld in de volledige installatie.
Gebeurtenissen: Hiermee kunt u alle gebeurtenissen bekijken die door het systeem zijn
geregistreerd. Elke gebeurtenis wordt aangeduid met een nummer (tussen 1 en 999).
Status
Gebeurtenis 1
1
AAN
Gebeurtenis 2
000
000