Inhoudsopgave
Advertenties
FOUTOPSPORING
Verwarmingsvoorschriften (*) gelden alleen voor warmtepompunits (koelen en verwarmen).
NORMALE
De unit geeft geur af:
WERKING
De unit geeft damp af:
.
Geen of zwakke uitblaas:
Er lekt water uit de
buitenunit:
Het FILTER-lampje brandt:
CONTROLEER
De unit werkt niet:
OPNIEUW
Zwakke koeling
(of *verwarming):
Het toestel werkt niet
volgens de instellingen
op de afstandsbediening:
Na vervanging van de
batterijen wordt er toch
geen signaal ontvangen:
Als er nog steeds problemen zijn nadat u deze punten heeft gecheckt, als u een brandlucht waarneemt, als de TIMER en OPERATION
controlelampjes knipperen, verbreek dan onmiddellijk de stroomtoevoer en contacteer een vakbekwaam servicetechnicus.
.
16
Symptoom
G De binnenunit kan bepaalde geuren afgeven. Dit komt omdat de
airconditioner geuren in de kamer (meubilair, tabak enz.) heeft
opgenomen.
G Een beetje damp kan uit de binnenunit komen tijdens de koeling-
en droogfunctie door de plotselinge afkoeling van de lucht in de
ruimte wat condensvorming en damp kan veroorzaken.
.
*G Ook in de verwarmingsfunctie, tijdens de automatische ontdooi-
cyclus, kan het toestel stoppen en damp produceren.
.
*G De ventilator draait met lage snelheid wanneer de verwarmings-
functie wordt gestart om de interne delen te laten opwarmen.
*G Als de ruimtetemperatuur tijdens het verwarmen stijgt boven de
thermostaatinstelling zal de buitenunit stoppen en de ventilator van
de binnenunit met zeer lage snelheid draaien. Als u de ruimte verder
wil verwarmen, moet de thermostaat hoger worden ingesteld.
*G Tijdens de automatische ontdooicyclus zal de buitenunit
tijdelijk stoppen (tussen 7 en 15 minuten). Het OPERATION
controlelampje zal knipperen.
.
G De ventilator draait met lage snelheid tijdens de droogfunctie of
wanneer het toestel de kamertemperatuur aan het bewaken is✎
G In het geval van een multisplit, wanneer verschillende units
volgens een andere werkingsmodus draaien, stoppen de laatst
begonnen units en
afstandsbediening van de gestopte units.
Verwarming- en koelingmodus (of drogen).
Verwarming- en ventilatormodus.
G In de QUIET-functie draait de ventilator aan zeer lage snelheid.
G In de monitor AUTO functie draait de ventilator aan zeer lage
snelheid.
*G Tijdens de automatische ontdooicyclus kan er water uit de
buitenunit lekken.
G Reinig de filter. Zet daarna het lampje uit.
G Staat de hoofdschakeelaar uit?
G Is er een stroompanne geweest?
G Zijn er zekeringen gesprongen?
G Werkt de timer ?
G Is de luchtfilter vuil?
G Is de aanzuig of de uitblaas geblokkeerd?
G Is de thermostaat correct ingesteld?
.
G Staat er een raam of deur open?
G In de koelingfunctie: komt er rechtstreeks zonlicht binnen?
(sluit de gordijnen.)
G In de koelingfunctie: staan er verwarmingstoestellen of computers
in de ruimte of zijn er te veel mensen aanwezig?
.
G Staat het toestel in de QUIET-functie?
G Zijn de batterijen van de afstandsbediening leeg?
G Zijn de batterijen op de juiste manier in de bediening gestoken?
G Gebruikt u een andere signaalcode dan signaalcode A?
.
Probleem
verschijnt op het display van de
Zie pag.
—
—
17
—
17
—
16
—
—
17
10
—
9
—
—
6
15
Advertenties
Inhoudsopgave
