Het is belangrijk de plastic beschermlagen te verwijderen voor gebruik om onherstelbare schade
te vermijden.
Rookontwikkeling in het begin is normaal.
OPGELET: Waarschuw de mogelijke gebruikers dat de temperatuur tot 300° C kan stijgen.
Gebruik:
Druk op de branderknop en draai deze tegen de wijzers van de klok in naar de stand "maxi" die wordt
weergegeven door het symbool met de grote vlam " " en druk tegelijkertijd op de ontstekingsknop.
Houd de branderknop ongeveer tien seconden ingedrukt om de thermokoppelbeveiliging te
initialiseren.
Laat de ontstekingsknop los wanneer de brander aangaat.
Zet de branderknop op het gewenste vermogen.
Laat de branderknop los.
De stand met verlaagd debiet weergegeven door het teken « » zorgt
voor de vooraf ingestelde minimumvlam van de brander.
Om uit te zetten draait u de knop in de richting van de wijzers van de klok
tot op stand « ».
De knop komt in zijn oorspronkelijke stand terug, de beveiliging is
vergrendeld, de gasbeveiliging is enkele seconden na het uitgaan van
de brander actief.
BEDIENINGSHANDLEIDING
NL
10-2016
GASBRANDERS
ELEKTRISCHE GRIL
GEBRUIKSTIPS:
Belangrijk:
→ Bij het bakken op een grill moet u geen vetstof aan uw bereidingen toevoegen. Dit kan rook
veroorzaken en kan de vetstof vlam vatten.
→ Vet vlees kan eveneens vlam vatten door het teveel aan vet. Haal het vlees van de grill want het
mag niet in aanraking blijven met de vlam. De grill in V-vorm die onder de grill geplaatst wordt
vermijdt dit omdat deze de vetten opvangt..
→ Tijdens het bakken, kan u uw bereiding van de warmtezone verwijderen door het grillrooster via
de steuntjes te verhogen.
Om een goed resultaat te behalen:
→ Niet in het vlees prikken of snijden anders gaat het vleesnat verloren.
→ Gebruik een tang en geen vork om het vlees te keren tijdens het bakken en reinig aan de
hand van het borstel tussen iedere bakbeurt om te vermijden dat vlees van de vorige bakbeurt
vastgehecht blijft.
OPGELET: Raak de grepen niet aan tijdens het bakken om zware brandwonden te
Aanbevolen temperaturen:
Heel warm: Voor dunne stukken of stukken vlees die «rare» geserveerde moeten worden.
Warm:
Voor dunne of niet al te dikke stukken die «medium» geserveerde moeten worden.
Matig:
Dikke stukken (ribstukken, bijvoorbeeld) mogen niet al te snel worden dichtgeschroeid
om te voorkomen dat ze van buiten weliswaas mooi bruin, maar van binnen nog
rauw zijn.
Overlangs en overdwars:
U kunt het vlees eenmaal maar ook tweemaal overlangs en overdwars grillen; in het laatste geval
wordt het vleesnat gelijkmatiger verdeeld, is het vlees malser en "bloedt" het minder wanneer het
opgediend wordt.
43
vermijden.
Stand hoog
Stand laag
BEDIENINGSHANDLEIDING