2. Druk op de toets A.
De trommel gaat automatisch open.
3. Doe de was in de trommel, één item
tegelijk.
4. Schud de items voor u ze in de
wasautomaat plaatst.
Zorg ervoor dat u niet te veel was in de
trommel plaatst.
5. Sluit de trommel en het deksel.
LET OP!
Voordat u de deur van de machine sluit,
dient u erop te letten dat de trommel
goed is gesloten.
Wasmiddelvakje voor de voorwasfase.
De MAX-tekens geven het maximale niveau aan van de hoeveelheid wasmiddel (poeder of vloei‐
baar).
Voeg wasmiddel toe (waspoeder of vloeibaar) als u een programma met vlekbehandeling instelt.
Wasmiddelvakje voor de wasfase.
De MAX-tekens geven het maximale niveau aan van de hoeveelheid wasmiddel (poeder of vloei‐
baar).
Vakje voor vloeibare toevoegingen (wasverzachter, stijfsel).
De M -markering geeft het maximale niveau aan voor vloeibare toevoegingen.
Klep voor waspoeder of vloeibaar wasmiddel.
12.3 Wasmiddelvakjes. Wasmiddel
en additieven gebruiken
1. Doseer de gespecificeerde wasmiddelen
en de wasverzachter.
2. Doe het wasmiddel en de wasverzachter
A
in de juiste vakjes.
Volg altijd de aanwijzingen op de
verpakking voor het gebruikt van
wasmiddelen.
NEDERLANDS
23