7. Collector installatie.
7.1. Collector richting
De zonnecollector moet altijd zo optimaal mogelijk richting het zuiden worden geplaatst
voor een zo hoog mogelijk rendement. Kleine afwijkingen ten opzicht van het zuiden (≤ 10
graden) hebben vrijwel geen invloed op de opbrengst van de zonnecollector.
7.2. Collector hoek
Het is gebruikelijk dat de zonnecollectoren onder een hoek staan die overeenkomt met de
breedtegraad van de locatie waar deze worden geïnstalleerd. Het installeren van een hoek
van minder dan 15 ° wordt niet aanbevolen gezien de heatpipes het beste presteren in de
range van 15-85 graden. Dit is een richtlijn; een hoek afwijkend van breedtegraad +/- 10 ° is
acceptabel, en zal geen sterke vermindering in rendement geven. Een hoek buiten dit bereik
kan worden gebruikt, maar dit zou kunnen resulteren in een daling van warmteafgifte. Een
hoek lager dan de breedtegraad zal het rendement in de zomer verhogen, terwijl een grotere
hoek het rendement in de winter zal verbeteren.
7.3. Ligging
De collector dient zo dicht mogelijk bij de boiler geïnstalleerd te worden en lange leidingen
dienen te worden voorkomen. Lange leidingen kunnen sneller warmte verliezen dan korte
leidingen.
23