Om ze helemaal te verwijderen, moeten ze
vooraan (1) opgeheven worden en daarna
verwijderd (2) worden.
Voedsel dat gemakkelijk bederft,
moet achteraan op de schappen
geplaatst worden waar de
temperatuur lager is.
Deurvakken en -rekken
Om eieren, boter, zuivelproducten, tubes
en andere kleine pakjes te bewaren.
Onderaan de deur is een flessenhouder
voorzien. Plaats geen te zware flessen in de
flessenhouder, en laat ze niet in de houder
vallen.
92
Gebruik
Lade voor fruit en groenten
Deze lade, die zich onderaan de koelcel
bevindt, is voorzien van een glazen plaat
om verse voedingswaren te bedekken die
voor een correcte bewaring een constante
vochtigheidsgraad nodig hebben.
Wanneer groenten met een hoog
vochtgehalte worden bewaard,
kan zich condens op de glazen
plaat vormen. Dit is normaal en
heeft geen invloed op de goede
werking van het apparaat.
3.5 Ventilatie
Het voedsel goed afdichten
alvorens het in het apparaat te
plaatsen.
De lucht die geforceerd in het apparaat
circuleert, bevat geen vocht en droogt het
geplaatste voedsel snel.
Het interne ventilatiesysteem zorgt voor
een snellere en gelijkmatigere koeling in
het apparaat.