Communicatie tussen de KIT en de buitenunit
Voordat u de communicatiedraden installeert, moet u de juiste communicatiemodus selecteren op basis van
de volgende tabel.
Binnenunit/kitserie
Alle binnenunits of AHU-
kits in het systeem zijn
V8-series
Sommige binnenunits in
het systeem zijn geen
V8-series
1
HyperLink (M1M2)-communicatie
De communicatiedraden worden aangesloten op M1- en M2-poorten op de voedingsklem "CN36" van de hoofdprint-
plaat van de masterkit. Er is geen onderscheid tussen negatieve en positieve elektroden, zoals te zien is in de volgen-
de afbeelding:
ATTENTIE
Sluit de HyperLink-communicatiedraad niet aan op de PQ-communicatiedraad.
De binnenunits en kits moeten gelijkmatig van stroom worden voorzien.
P/Q of P/Q/E-communicatie en HyperLink-communicatie kunnen niet tegelijkertijd worden geconfigureerd.
Ondersteunde kit-buitenunit
communicatiemodus
HyperLink (M1M2)-communi-
catie
RS-485 (PQ)-communicatie
RS-485 (PQE)-communicatie
Hoofd-
print-
plaat
Aansluiten op M1M2 van
buitenunit (HyperLink)
1. Elke topologieverbinding van communicatiedraden.
2. Tweekernige en apolaire communicatie voor M1M2.
3. De binnenunits of kits moeten gelijkmatig van
stroom worden voorzien.
1. De binnenunits of kits moeten gelijkmatig van
stroom worden voorzien.
2. De communicatiedraden moeten in serie worden
aangesloten.
3. Tweekernige en apolaire communicatie voor PQ.
1. De binnenunits of kits moeten gelijkmatig van
stroom worden voorzien.
2. De communicatiedraden moeten in serie worden
aangesloten.
3. PQE-kabels moeten 3-aderig zijn en PQ apolair.
CN36
M1 M2
47
Opmerkingen