6
Installatie van afvoerpomp en waterpeilschakelaar
Installatiemethode van afvoerpomp en waterpeilschakelaar
Bij de keuze van het debiet en de opvoerhoogte van de pomp moet de maximale verplaatsing van de warmte-
wisselaar van de luchtbehandelingsunit worden berekend en moet de opvoerhoogte worden gekozen aan de
1
hand van de werkelijke vereisten van de installatielocatie; de juiste pomp moet worden gekozen in combinatie
met de debiet- en opvoerhoogtekarakteristiek.
Steek de stekker van de afvoerpomp in poort CN49 van de hoofdprintplaat (PCB) van de kit en steek de stekker
2
van de waterpeilschakelaar in poort CN50 van de hoofdprintplaat.
De ingebouwde afvoerpomp moet de aanzuigpoort op het laagste waterpeil van de afvoerbak van de AHU be-
3
vestigen; de waterpeilschakelaar wordt in de buurt van de waterpomp geïnstalleerd. De bovengrenspositie van
de vlotter van de waterpeilschakelaar moet lager zijn dan het alarmwaterpeil.
CN49
ATTENTIE
De waterpomp moet op een geschikte plaats geïnstalleerd worden: De hoogte van de waterpomp moet zodanig zijn
dat de waterpomp voldoende vacuüm kan zuigen. Daarnaast moet de installatiepositie van de waterpomp horizon-
taal en stabiel zijn, zodat hij doeltreffend kan werken.
De vlotterklep van de waterpeilschakelaar mag niet geblokkeerd worden door verschillende vreemde voorwerpen zo-
als draden, anders zal dit leiden tot een storingsalarm.
Maak de afvoerbak en afvoerpijp vaak schoon om te voorkomen dat de afvoerpomp door onzuiverheden verstopt
raakt.
De kit kan alleen AC-waterpompen met een maximale stroom van 1A aandrijven. Als u krachtigere waterpompen
moet aandrijven, sluit dan een externe AC-contactor aan.
De poort van de waterpeilschakelaar is standaard aangesloten op een kortsluitklem. Verwijder de klem voordat u
deze aansluit om de waterpomp aan te drijven.
Waterpeil
Waterpomp
Zuigpoort
34
Waterpeil-
schakelaar