Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Collector Opp 1); Klimaatzone 1); Leidingfunct; Solar Pomp 1) - Buderus RC200 Installatiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Menupunt
Instelbereik: functiebeschrijving
Boiler max.
20 ... 60 ... 90 °C: bij het bereiken van de
maximale boilertemperatuur wordt de pomp
uitgeschakeld.
Collectortype Vlakke collect.: gebruik van vlakke collecto-
ren.
Vacuümcollect.: gebruik van vacuümbuiscol-
lectoren.
Collector opp 0 ... 500 m
pervlak.
Klimaatzone
10 ... 90 ... 200: stel de klimaatzone van de
installatieplaats in conform de zonekaart
( installatiehandleiding solarmodule)
Min.
Uit | 15 ... 70 °C: bij Uit warmwateropwar-
WW-temp.
ming door de cv-ketel onafhankelijk van de
minimale warmwatertemperatuur.
Module pomp NEE: de solarpomp wordt niet modulerend
aangestuurd.
PWM: de solarpomp wordt modulerend via
een PWM-signaal aangestuurd.
0-10V: de solarpomp wordt modulerend via
een analoog 0-10V signaal aangestuurd.
Match-Flow
Uit: snelle collectorlading door Vario-Match-
Flow uitgeschakeld.
35 ... 60 °C: inschakeltemperatuur voor Va-
rio-Match-Flow (alleen met toerentalrege-
ling).

Leidingfunct.

UIT: functie vacuümbuiscollectoren uitge-
schakeld.
AAN: om de 15 minuten wordt de pomp voor
5 seconden geactiveerd.
ΔT aan
6 ... 10 ... 20 K: temperatuurverschil collec-
tor met boiler (voor het inschakelen van de
solarpomp).
ΔT uit
3 ... 5 ... 17 K: temperatuurverschil collector
met boiler (voor het uitschakelen van de so-
larpomp).
Collector max 100 ... 120 ... 140 °C: bij overschrijden van
de maximale collectortemperatuur is de
pomp uit.
Desinf. modus UIT: geen desinfectiebedrijf voor de solarboi-
ler.
AAN: desinfectiebedrijf voor de solarboiler
instellen.
RC200 – 6720862627 (2016/09)
2
: geïnstalleerd brutocollectorop-
Menupunt
Instelbereik: functiebeschrijving
NEE: voor onderhoudsdoeleinden kan de so-
Solar starten
larinstallatie met deze functie worden uitge-
schakeld.
JA: pas na vrijgave van deze functie start de
solarinstallatie.

Reset opbre.

NEE: de solaropbrengstmeter wordt niet ge-
reset.
JA: de solaropbrengstmeter wordt op nul ge-
reset.
Reset solar
NEE: actuele instellingen van de solarpara-
meters blijven behouden.
JA: alle solarparameters worden op de basis-
instelling teruggezet.
Tabel 7
Instellingen in het menu solar
6.5

Menu functietest

Met behulp van dit menu kunnen pompen en mengmodules van
de installatie worden getest.
Menupunt
Instelbereik: functiebeschrijving
Activering
NEE: alle actuators gaan weer naar dezelfde
stand als voor de testactivering.
JA: alle actuators in de installatie gaan naar
de testmodus.
1)
CV-pomp
0 (in %): cv-pomp draait niet (uitgescha-
keld).
100 (in %): cv-pomp draait met maximaal
toerental.
1)
Menger
DCHT: mengmodule gaat geheel dicht.
STOP: mengmodule blijft in actuele stand.
OPEN: mengmodule gaat geheel open.
2)
Solar pomp
UIT: solarpomp draait niet (uitgeschakeld).
1 ... 100 (in %); bijv. 40 %: solarpomp loopt
met een toerental van 40 % van het maximale
toerental.
Desinf.
UIT: desinfectiepomp draait niet
2)
pomp
(uitgeschakeld).
100 (in %): desinfectiepomp draait met
maximaal toerental.
1) Alleen beschikbaar, als een module MM100 geïnstalleerd is.
2) Alleen beschikbaar als een solarmodule SM100
geïnstalleerd is.
Tabel 8
Instellingen in menu functietest
Servicemenu
6
13

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave