Snelle referentie Inhoud 1—Leren over de printer ..........................5 Het bedieningspaneel van de printer gebruiken ..................5 Het startscherm begrijpen ......................... 6 De knoppen van het tiptoetsscherm gebruiken ..................7 2—De toepassingen op het startscherm instellen en gebruiken ..............9 ...
Pagina 3
Snelle referentie 4—Afdrukken .............................. 29 Formulieren en een document afdrukken ....................29 Formulieren afdrukken ........................29 Een document afdrukken ........................29 De donkerheid van de toner aanpassen .................... 30 Afdrukken vanaf een flashstation......................31 Afdrukken vanaf een flashstation .......................
Pagina 4
Snelle referentie Een fax verzenden via de computer ....................39 Een fax verzenden met een snelkeuzenummer ................. 40 Een fax verzenden via het adresboek ....................40 Een fax verzenden op een geplande tijdstip ..................41 Snelkoppelingen maken ......................... 41 ...
Snelle referentie 1—Leren over de printer Het bedieningspaneel van de printer gebruiken Gebruik Weergave • De printerstatus en berichten weergeven. • De printer instellen en bedienen. Home-knop Naar het startscherm. Tips Open een contextgevoelige Help-dialoogvenster. Knop Alles wissen/Reset De standaardinstellingen van een functie, zoals kopiëren, faxen of scannen, opnieuw instellen.
Snelle referentie Het startscherm begrijpen Wanneer de printer is ingeschakeld, toont het display een basisscherm dat het startscherm wordt genoemd. Gebruik de startschermknoppen en –pictogrammen om een actie, zoals kopiëren, faxen of scannen, te starten, om het menuscherm te openen of om berichten te beantwoorden. Opmerking: Uw startscherm kan verschillen, afhankelijk van de aanpassingsinstellingen van uw startscherm, de administratieve instelling en de actieve geïntegreerde oplossingen.
Snelle referentie Dit kan ook verschijnen op het startscherm: Aanraken Search Held Jobs Huidige vastgehouden opdrachten zoeken. Jobs by user Afdrukopdrachten die door gebruiker zijn opgeslagen, openen. Profiles and Solutions Profielen en oplossingen openen. Functies Functie Beschrijving Waarschuwing Als een aanwezigheidsbericht een functie beïnvloedt, verschijnt dit pictogram aanwezigheidsbericht en knippert het rode indicatorlampje.
Pagina 8
Snelle referentie Druk op de Keuzerondje Een item selecteren of wissen. Pijl omhoog Omhoog schuiven. Pijl omlaag Omlaag schuiven. Knop Accepteren Een instelling opslaan. Knop Annuleren • Een actie of selectie annuleren. • Terugkeren naar het vorige scherm. Andere knoppen op het tiptoetsscherm Aanraken Terug naar het startscherm.
Snelle referentie 2—De toepassingen op het startscherm instellen en gebruiken Opmerkingen: • Uw startscherm, pictogrammen en knopen kunnen verschillen, afhankelijk van de aanpassingsinstellingen van uw startscherm, de administratieve instelling en de actieve geïntegreerde toepassingen. Sommige toepassingen worden alleen ondersteund op bepaalde printermodellen.
Snelle referentie Opmerking: Als u een selectievakje naast een pictogram uitschakelt, verschijnt het pictogram niet op het startscherm. c. Klik op Submit. Het pictogram aanpassen voor een toepassing. Raadpleeg Informatie over startschermtoepassingen zoeken of raadpleeg de documenten die bij de toepassing is geleverd, voor meer informatie.
Snelle referentie Het IP-adres van de computer zoeken Opmerking: Zorg dat u weet hoe uw printer en computer zijn verbonden met het netwerk (ethernet of draadloos). Het IP-adres van de computer is vereist wanneer u startschermtoepassingen instelt, zoals: • Formulieren en Favorieten •...
Snelle referentie • Vanaf de sectie TCP/IP in het menu Network/Ports. • Door een pagina van netwerkinstellingen of een pagina van menuinstellingen af te drukken en vervolgens de TCP/IP-sectie te zoeken. Opmerking: Een IP-adres verschijnt als vier sets van cijfers, gescheiden door een punt, zoals 123.123.123.123.
Snelle referentie 4. Klik op Apply. Om de toepassing te gebruiken, drukt op het startscherm van de printer op Card Copy en volgt u de instructies. MyShortcut gebruiken Gebruiken Snelkoppelingen maken op het startscherm van de printer, met instellingen voor maximaal 25 vaakgebruikte kopieer-, fax of e-mailopdrachten.
Snelle referentie Om zeker te zijn dat de locatie-instellingen van de bestemming juist zijn, typt u het juiste IP-adres van de hostcomputer waar de opgegeven bestemming zich bevindt. Raadpleeg Het IP-adres van de computer zoeken voor meer informatie over het verkrijgen van het IP-adres van de hostcomputer.
Pagina 15
Snelle referentie c. Klik op Configure en doe vervolgens een van de volgende zaken: • Om een configuratie naar een bestand te exporteren, klikt u op Export en volgt u de instructies op het computerscherm om het configuratiebestand op te slaan. Opmerkingen: Wanneer u het configuratiebestand opslaat, kunt u een unieke bestandsnaam typen of de standaardnaam gebruiken.
Snelle referentie 3—Papier en speciale media laden Het papierformaat en -type instellen Navigeer vanaf het startscherm naar: >Paper Menu >Paper Size/Type > selecteer een lade > selecteer het papierformaat of –type > Universele papierinstellingen configureren Het universele papierformaat is een door de gebruiker gedefinieerd instelling waarmee u kunt afdrukken op papierformaten die niet vooraf zijn ingesteld in de printermenu’s.
Pagina 17
Snelle referentie 2. Knijp en schuif vervolgens het lipje van de breedtegeleider naar de juiste positie voor het formaat van het papier dat u laadt. 3. Ontgrendel de lengtegeleider. Knijp en schuif vervolgens het lipje van de lengtegeleider naar de juiste positie voor het formaat van het papier dat u laadt.
Pagina 18
Snelle referentie Opmerkingen: Voor sommige papierformaten, zoals letter, legal en A4, knijpt en schuift u het lipje van de lengtegeleider naar achter om deze aan te passen aan de lengte van het papier. Wanneer u papier van Legal-formaat laadt, gaat de lengtegeleider buiten de basis zodat het papier wordt blootgesteld aan stof.
Pagina 19
Snelle referentie 5. Laad de papierstapel. Opmerkingen: Laad het papier met de afdrukbare zijde omlaag gericht wanneer u gerecycled of voorbedrukt papier gebruikt. Laad vooraf geperforeerd papier met de gaten aan de bovenrand naar de voorzijde van de lade gericht. Laad het letterhead-papier met de voorzijde omlaag gericht en met de bovenste rand van het vel naar de voorzijde van de lade gericht.
Snelle referentie 6. Plaats de lade. 7. Stel vanaf het bedieningspaneel van de printer, het papierformaat en papiertype in het menu Paper in volgens het papier dat in de lade is geladen. Opmerking: Plaats het juiste papierformaat en -type om papierstoringen en problemen met de afdrukkwaliteit te voorkomen.
Pagina 21
Snelle referentie 1. Open de invoer voor meerdere doeleinden. a. Trek aan het verlengstuk van de invoer voor meerdere doeleinden. - 21 -...
Pagina 22
Snelle referentie b. Trek voorzichtig aan het verlengstuk zodat de invoer voor meerdere doeleinden volledig is uitgetrokken en geopend. 2. Knijp het lipje op de breedtegeleider links en verplaats vervolgens de geleiders voor het papier dat u laadt. 3. Bereid het papier of de speciale media voor om het te laden. Schud de vellen papier heen en terug om ze los te maken en waaier ze vervolgens open.
Pagina 23
Snelle referentie Houd de transparanten bij de randen vast. Schud de stapel transparanten heen en terug om ze los te maken en waaier ze vervolgens open. Leg de randen van het papier recht op een effen oppervlak. Opmerking: Vermijd het aanraken van de afdrukzijde van de transparanten. Zorg dat u er geen krassen op maakt.
Pagina 24
Snelle referentie Laad papier, transparanten en dik papier met de aanbevolen afdrukbare zijde omhoog gericht en zo, dat de bovenrand eerst in de printer gaat. Raadpleeg de verpakking van de transparanten voor meer informatie over het laden van transparanten. Opmerking: Wanneer u papier op A6-formaat laadt, moet u ervoor zorgen dat het verlengstuk voor de invoer voor meerdere doeleinden licht tegen de rand van het papier ligt, zodat de laatste paar vellen papier op hun plaats blijven.
Snelle referentie Laad briefpapier met de voorzijde omhoog gericht zo, dat de bovenrand eerst in de printer gaat. Voor dubbelzijdig (duplex) afdrukken, laadt u het briefpapier met de voorzijde omlaag zo, dat de onderrand eerst in de printer gaat. Laad enveloppen met de flap aan de linkerzijde en de voorzijde omlaag gericht. Waarschuwing –...
Snelle referentie Laden koppelen en loskoppelen 1. Open een webbrowser en voer vervolgens het IP-adres van de printer in het adresveld in. Opmerkingen: Het IP-adres van de printer weergeven op het startscherm van de printer. Het IP-adres verschijnt als vier sets van cijfers, gescheiden door een punt, zoals 123.123.123.123. Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen om de webpagina correct te laden.
Snelle referentie Het bedieningspaneel van de printer gebruiken 1. Navigeer vanaf het startscherm naar: >Paper Menu >Custom Names 2. Selecteer een aangepaste naam en typ vervolgens de naam van het aangepaste papiertype. 3. Druk op 4. Druk op Custom Types en controleer vervolgens of de naam van het nieuwe aangepaste papiertype is vervangen door de aangepaste naam.
Snelle referentie Een aangepaste naam configureren De geïntegreerde webserver gebruiken 1. Open een webbrowser en voer vervolgens het IP-adres van de printer in het adresveld in. Opmerkingen: Het IP-adres van de printer weergeven op het startscherm van de printer. Het IP-adres verschijnt als vier sets van cijfers, gescheiden door een punt, zoals 123.123.123.123.
Snelle referentie 4—Afdrukken Formulieren en een document afdrukken Formulieren afdrukken Gebruik de toepassing Formulieren en favorieten om snel en eenvoudig toegang te krijgen tot vaak gebruikte formulieren of andere informatie die regelmatig wordt afgedrukt. Voordat u deze toepassing kunt gebruiken, moet u deze eerst instellen op de printer. Raadpleeg Formulieren en favorieten instellen voor meer informatie.
Snelle referentie Opmerking: Raadpleeg het Help-bestand van het stuurprogramma voor meer informatie over het instellen van de afdrukvoorkeuren. Voor Macintosh-gebruikers a. De instellingen aanpassen in het dialoogvenster Page Setup: 1. Kies File >Page Setup terwijl een document is geopend. 2. Kies een papierformaat of maak een aangepast formaat volgens het geladen papier. 3.
Snelle referentie Afdrukken vanaf een flashstation Afdrukken vanaf een flashstation Opmerkingen: • Voordat u een gecodeerd PDF-bestand afdrukt, wordt u gevraagd het bestandswachtwoord te typen via het bedieningspaneel van de printer. • U kunt geen bestanden afdrukken waarvoor u geen afdrukmachtigingen hebt. 1.
Snelle referentie 2. Druk vanaf het bedieningspaneel van de printer op het document dat u wilt afdrukken. 3. Druk op de pijlen om een voorbeeld van het document te krijgen. 4. Gebruik om het aantal af te drukken exemplaren op te geven en druk vervolgens op Print.
Snelle referentie Aanbevolen flashstations Bestandstype Talrijke flashstations worden getest en goedgekeurd voor gebruik met de printer. Neem Documenten: voor meer informatie contact op met de plaats waar u de printer hebt aangeschaft. • .pdf • .xps Afbeeldingen: • .dcx • .gif •...
Snelle referentie b. Typ control printers in het dialoogvenster Zoekopdracht starten of Uitvoeren. c. Druk op Enter of klik op OK. 2. Dubbelklik op het printerpictogram. 3. Selecteer de afdrukopdracht die u wilt annuleren. 4. Klik op Delete. Voor Macintosh-gebruikers 1.
Snelle referentie 5—Kopiëren Kopieën maken Een snelkopie maken 1. Laad een origineel document met de voorzijde omhoog, met de korte rand eerst in de ADF-lade of met de voorzijde omlaag op de glasplaat. Opmerkingen: Laad geen briefkaarten, foto's, kleine items, transparanten, fotopapier of dunne media (zoals magazinesluitingen) in de ADF-lade.
Snelle referentie Foto’s kopiëren 1. Plaats een foto met de voorzijde omlaag op de glasplaat in de linkerbovenhoek. 2. Navigeer vanaf het startscherm naar: Copy >Content >Photo > 3. Selecteer in het menu Content Source de juiste instelling die het best overeenkomt met de originele foto.
Snelle referentie 6—E-mails verzenden De printer instellen voor het verzenden van e-mail De e-mailfunctie instellen 1. Open een webbrowser en voer vervolgens het IP-adres van de printer in het adresveld in. Opmerkingen: Het IP-adres van de printer weergeven op het startscherm van de printer. Het IP-adres verschijnt als vier sets van cijfers, gescheiden door een punt, zoals 123.123.123.123.
Pagina 38
Snelle referentie 2. Druk op Subject > typ het e-mailonderwerp > 3. Druk op Message > typ uw bericht > 4. Pas de e-mailinstellingen aan. Opmerking: Als u de instellingen wijzigt nadat de e-mailsnelkoppeling is gemaakt, worden de instellingen niet opgeslagen. 5.
Snelle referentie 7—Faxen Een fax verzenden U kunt de printer gebruiken om een fax op verschillende manieren te verzenden naar een of meer ontvangers. U kunt het e-mailadres typen, een snelkeuzenummer gebruiken of het adresboek gebruiken. U kunt ook de toepassing MyShortcuts gebruiken via het startscherm van de printer. Raadpleeg de sectie "De toepassingen op het startscherm activeren"...
Snelle referentie 6. Als u een voorblad wilt opnemen bij de fax, selecteert u Include cover page with fax en voert u vervolgens de juiste informatie in. 7. Klik op OK. Opmerkingen: • Raadpleeg de cd met stuurprogramma's en documentatie (Drivers and Documentation) over het installeren van deze stuurprogramma’s.
Snelle referentie 3. Navigeer vanaf het startscherm naar: Fax > > Voer de naam in van de ontvanger > Opmerking: U kunt slechts één naam tegelijk zoeken. 4. Druk op de naam van de ontvanger en drukt vervolgens Fax It. Een fax verzenden op een geplande tijdstip 1.
Snelle referentie 2. Klik op Settings >Manage Shortcuts >Fax Shortcut Setup. Opmerking: Er kan een wachtwoord vereist zijn. Als u geen ID en wachtwoord hebt, moet u contact opnemen met iemand bij de systeemondersteuning. 3. Typ een naam voor de snelkoppeling en voer het faxnummer in. Opmerkingen: Om een snelkeuzenummer van meerdere cijfers te maken, voert u de faxnummers in voor de groep.
Snelle referentie 8—Scannen Scannen naar netwerk gebruiken Met Scannen naar netwerk kunt u uw documenten naar netwerkbestemmingen die zijn opgegeven door uw contactpersoon bij de systeemondersteuning. Nadat de bestemmingen (gedeelde netwerkmappen) tot stand zijn gebracht op het netwerk, omvat het instellingsproces voor de toepassing het installeren en configureren van de toepassing op de juiste printer via zijn geïntegreerde webserver.
Snelle referentie Scannen naar een computer of flashstation Scannen naar een computer via de geïntegreerde webserver 1. Open een webbrowser en voer vervolgens het IP-adres van de printer in het adresveld in. Opmerkingen: Het IP-adres van de printer weergeven op het startscherm van de printer. Het IP-adres verschijnt als vier sets van cijfers, gescheiden door een punt, zoals 123.123.123.123.
Snelle referentie Scannen naar een flashstation 1. Laad een origineel document met de voorzijde omhoog, met de korte rand eerst in de ADF-lade of met de voorzijde omlaag op de glasplaat. Opmerkingen: Laad geen briefkaarten, foto's, kleine items, transparanten, fotopapier of dunne media (zoals magazinesluitingen) in de ADF-lade.
Snelle referentie 9—Papierstoringen oplossen Door papier en speciale media nauwkeurig te selecteren en op de juiste manier te laden, zou u de meeste papierstoringen moeten kunnen voorkomen. Als er papierstoringen optreden, volgt u de stappen in dit hoofdstuk. Waarschuwing – Potentiële schade: Raak de USB-kabel, een draadloze netwerkadapter, elke aansluiting, het geheugenapparaat of de printer niet aan in de gebieden die worden weergegeven tijdens het actief drukken, lezen van of schrijven naar het geheugenapparaat.
Pagina 47
Snelle referentie • Schuif het papier niet in de lade. Laad papier zoals weergegeven in de afbeelding. • Controleer of de geleiders in de lade of de toevoer voor meerdere doeleinden juist zijn geplaatst en niet hard tegen het papier of de enveloppen aandrukt. •...
Snelle referentie Berichten en locaties van papierstoringen begrijpen Wanneer een papierstoring optreedt, verschijnt een bericht dat de locatie van de papierstoring aangeeft en er verschijnt informatie over het oplossen van de storing op het display van de printer. Open de deuren, deksels en laden die op het display zijn aangegeven om de papierstoring op te lossen.
Snelle referentie Toegangsgebied Bericht bedieningspaneel printer Wat u moet doen papierstoring Lade 1 [x]-page jam, remove tray 1 to clear Trek lade 1 volledig uit en duw duplex. [23y.xx] ([x]-paginastoring, vervolgens de flap van de duplex verwijder lade 1 om duplex vrij te vooraan omlaag.
Pagina 50
Snelle referentie 2. Trek de tonercartridge naar buiten met de handgreep. 3. Til de blauwe hendel op en trek de imagingeenheid uit de printer. Waarschuwing – Potentiële schade: Raak de glanzend blauwe fotogeleidersdrum onder de imagingeenheid niet aan. Dit kan de kwaliteit van toekomstige afdrukopdrachten beïnvloeden. 4.
Pagina 51
Snelle referentie 5. Til de groene flap op de voorkant van de printer op. 6. Neem het vastgelopen papier stevig vast aan beide zijden en trek het voorzichtig naar buiten. Opmerking: Controleer of alle papierfragmenten zijn verwijderd. - 51 -...
Pagina 52
Snelle referentie 7. Plaats de imagingeenheid door de pijlen op de zijrails van de eenheid uit te lijnen op de pijlen op de zijrails in de printer en stop vervolgens de imagingeenheid in de printer. 8. Plaats de tonercartridge door de zijrails van de cartridge uit te lijnen op de pijlen op de zijrails in de printer en plaats vervolgens de cartridge in de printer.
Snelle referentie [x]-page jam, open rear door. [20y.xx] 1. Open de voorklep om het vastgelopen papier in de achterklep los te maken. 2. Trek de achterklep voorzichtig omlaag. OPGELET—WARM OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan warm worden. Om het risico op letsels door een warm onderdeel te voorkomen, moet u het oppervlak laten afkoelen voordat u het aanraakt.
Snelle referentie 3. Neem het vastgelopen papier stevig vast aan beide zijden en trek het voorzichtig naar buiten. Opmerking: Controleer of alle papierfragmenten zijn verwijderd. 4. Sluit de achterklep en vervolgens de voorklep. [x]-page jam, clear standard bin. [20y.xx] 1. Neem het vastgelopen papier stevig vast aan beide zijden en trek het voorzichtig naar buiten. Opmerking: Controleer of alle papierfragmenten zijn verwijderd.
Snelle referentie [x]-page jam, remove tray 1 to clear duplex. [23y.xx] OPGELET—WARM OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan warm worden. Om het risico op letsels door een warm onderdeel te voorkomen, moet u het oppervlak laten afkoelen voordat u het aanraakt.
Snelle referentie 3. Neem het vastgelopen papier stevig vast aan beide zijden en trek het voorzichtig naar buiten. Opmerking: Controleer of alle papierfragmenten zijn verwijderd. 4. Plaats de lade. [x]-page jam, open tray [x]. [24y.xx] 1. Trek de lade volledig uit de printer. Opmerking: Het bericht op het printerdisplay geeft aan bij welke lade het vastgelopen papier zich bevindt.
Snelle referentie 2. Neem het vastgelopen papier stevig vast aan beide zijden en trek het voorzichtig naar buiten. Opmerking: Controleer of alle papierfragmenten zijn verwijderd. 3. Plaats de lade. [x]-page jam, clear manual feeder. [25y.xx] 1. Neem vanaf de invoer voor meerdere doeleinden, het vastgelopen papier stevig vast aan beide zijden en trek het voorzichtig naar buiten.
Snelle referentie 3. Vul papier bij in de invoer voor meerdere doeleinden. Opmerking: Zorg dat de papiergeleider licht tegen de rand van het papier rust. [x]-page jam, open automatic feeder top cover. [28y.xx] 1. Verwijder alle originele documenten uit de ADF-lade. Opmerking: Het bericht wordt gewist wanneer de pagina’s worden verwijderd uit de ADF-lade.