SC-F2200 Series
Gebruikershandleiding
De printer is actief, maar er
wordt niets afgedrukt
De printkop beweegt, maar er wordt
niets afgedrukt
Is de plaatopening juist ingesteld?
o
De printer kan niet goed afdrukken als het afdruk‐
oppervlak te ver van de printkop is. Wanneer Plaat‐
opening is ingesteld op Handmatig, controleer dan
of de afstandscombinatie en de hoogte van de de‐
gels (schaal) geschikt zijn voor het type degel dat u
gebruikt en de dikte van de geladen media.
"Tabel met ondersteunde etiketschalen en me‐
U
diadiktes" op pagina 151
Controleer de werking van de printer.
o
Druk een spuitkanaaltjespatroon af. U kunt de werk‐
ing en status van de printer controleren door een
spuitkanaaltjespatroon af te drukken zonder de
printer op de computer aan te sluiten.
"Controleren of er verstopte spuitkanaaltjes
U
zijn" op pagina 99
Controleer het volgende gedeelte als het spuitka‐
naaltjespatroon niet goed wordt afgedrukt.
Het spuitkanaaltjespatroon wordt
niet goed afgedrukt
Is de printer al lange tijd niet gebruikt?
o
Als de printer lange tijd niet is gebruikt, kunnen de
spuitkanaaltjes ingedroogd en verstopt zijn geraakt.
Te nemen stappen als de printer lange tijd niet is
gebruikt U
"Wanneer de printer niet in gebruik is"
op pagina 26
Is de kleurenmodus geactiveerd?
o
De Reinigingsinkttoevoereenheden zijn in de kleu‐
rinktmodus geïnstalleerd. De rijen (CL) die met reini‐
gingsvloeistof worden afgedrukt, zijn daarom moei‐
lijk te zien.
Er is geen probleem als de rijen die u niet kunt zien
met de reinigingsvloeistof worden afgedrukt.
Problemen oplossen
Drukt u in de White (Wit) af op papier?
o
Bij afdrukken op papier is de inktkleur White (Wit)
moeilijk te zien. Gebruik overheadfolie of iets der‐
gelijks om het spuitkanaaltjespatroon voor de inkt‐
kleur White (Wit) te controleren.
"Afdrukmateriaal laden" op pagina 99
U
Als niets van bovenstaande van toepassing is, zijn de
spuitkanaaltjes mogelijk verstopt. Voer de volgende
maatregelen in deze volgorde uit.
1. Voer Kop reingen uit
Lees het volgende, voer Kop reingen uit en controleer
of de verstopping van de spuitkanaaltjes is verholpen.
"Kop reinigen" op pagina 101
U
2. Reinig de randen van het metaal
Als er vezels op de randen van het metaal zitten,
kunnen de vezels in contact komen met de printkop
wanneer deze beweegt. Dit kan ertoe leiden dat er
geen inkt wordt afgegeven. Zie het volgende, en reinig
rond de printkop en de randen van het metaal.
Voer na de reiniging Kop reingen opnieuw uit en
controleer of de verstopping van de spuitkanaaltjes is
verholpen.
"Het gebied rond de printkop en de randen van
U
het metaal reinigen" op pagina 88
3. Als het probleem niet is verholpen na het
uitvoeren van maatregel 1 t/m 2
Neem contact op met uw leverancier of Epson.
126