Bluetooth is een gedeponeerd merk van ® Bluetooth SIG, Inc., en elk gebruik van dit merk door Dell Inc. geschiedt op basis van een licentie. Wi-Fi ® ® een gedeponeerd merk van de Wireless Ethernet Compatibility Alliance, Inc.
Inhoudsopgave Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen, en waarschuwingen....2 Hoofdstuk 1: Aan de computer werken.............7 ................7 Voordat u in de computer gaat werken ....................8 Aanbevolen hulpmiddelen ....................9 Uw computer uitschakelen ................9 Nadat u aan de computer hebt gewerkt Hoofdstuk 2: Kap..................11 ......................11 De kap verwijderen .......................12 De kap plaatsen Hoofdstuk 3: Montagekader..............13...
Pagina 4
...............22 De chassisintrusieschakelaar installeren Hoofdstuk 8: Luidspreker................23 ................23 De interne luidspreker verwijderen ...................24 De interne luidspreker installeren Hoofdstuk 9: Warmteafleider en processor..........25 ..................25 De warmteafleider verwijderen ....................27 De warmteafleider plaatsen Hoofdstuk 10: Processor................29 ....................29 De processor verwijderen ....................30 De processor plaatsen Hoofdstuk 11: Knoopcelbatterij..............31 ..................31 De knoopcelbatterij verwijderen...
Pagina 5
.....................55 Opstartmenuverbeteringen ....................56 Timing toetsenreeksen .........................57 Navigatie ....................57 Opties voor System Setup Hoofdstuk 21: Problemen oplossen............71 ....................71 Diagnostische led-lampjes ........................79 Pieptooncodes .........................82 Foutmeldingen Hoofdstuk 22: Specificaties...............91 ....................91 Technische specificaties Hoofdstuk 23: Contact opnemen met Dell..........101 ....................101 Contact opnemen met Dell...
Schade die het gevolg is van onderhoud dat niet door Dell is geautoriseerd, wordt niet gedekt door uw garantie. Lees de veiligheidsinstructies die bij het product zijn geleverd en leef deze na.
WAARSCHUWING: Verwijder kabels door aan de stekker of aan de kabelontlastingslus te trekken en niet aan de kabel zelf. Sommige kabels zijn voorzien van een connector met borglippen. Als u dit type kabel loskoppelt, moet u de borglippen ingedrukt houden voordat u de kabel verwijdert. Trek connectors in een rechte lijn uit elkaar om te voorkomen dat connectorpinnen verbuigen.
• Een cd of dvd met een flash BIOS-updatesoftware Uw computer uitschakelen WAARSCHUWING: U voorkomt gegevensverlies door alle gegevens in geopende bestanden op te slaan en de bestanden te sluiten. Sluit vervolgens alle geopende programma's voordat u de computer uitzet. Sluit het besturingssysteem af: •...
Pagina 10
Controleer of de computer goed functioneert door Dell Diagnostics (Dell- diagnostiek) uit te voeren.
De kap verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . Draai de vingerschroef los waarmee de computerkap is bevestigd. Schuif de kap naar de achterkant van de computer. Til de kap omhoog en van de computer vandaan.
De kap plaatsen Plaats de computerkap op het chassis. Schuif de computerkap naar de voorkant van het chassis totdat deze vastklikt. Draai de vingerschroef vast waarmee de computerkap wordt bevestigd. Nadat u aan de computer hebt gewerkt . Volg de procedures in...
Montagekader Het montagekader verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de Wrik de borgklemmen van het montagekader uit het chassis. Kantel het montagekader weg van de computer om de haakjes aan de andere rand van het montagekader los te maken van het chassis.
Het montagekader installeren Plaats de haken langs de onderrand van het montagekader in de sleuven aan de voorkant van het chassis. Draai het montagekader naar de computer toe om de borgklemmen vast te klikken. kap . Plaats de Nadat u aan de computer hebt gewerkt . Volg de procedures in...
Optisch station Het optische station verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader . Verwijder het stationskooi . Verwijder de Open de borgklem en haal het optische station uit de stationskooi. Verwijder de beugel van het optische station.
Het optische station installeren Bevestig de beugel van het optische station aan het optische station. Zet het optische station in de stationskooi vast. stationskooi . Plaats de montagekader . Plaats het kap . Plaats de Nadat u aan de computer hebt gewerkt . Volg de procedures in...
Vaste schijf De vaste schijf verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader . Verwijder het stationskooi . Verwijder de Verwijder de stationskooi uit het compartiment. Verwijder de schroeven waarmee de vaste schijf aan de stationskooi is bevestigd.
De vaste schijf plaatsen Schuif de vaste schijf terug in de stationkooi. Draai de schroeven vast waarmee de vaste schijf aan de stationskooi wordt bevestigd. stationskooi . Plaats de montagekader . Plaats het kap . Plaats de Nadat u aan de computer hebt gewerkt . Volg de procedures in...
Geheugen Het geheugen verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader . Verwijder het stationskooi . Verwijder de Duw de ontgrendelingslipjes aan elke kant van de geheugenmodule naar buiten. Til de geheugenmodule uit de connector op de systeemkaart en verwijder deze.
Het geheugen installeren Plaats de geheugenmodule in de connector op de systeemkaart. Druk de geheugenmodule omlaag totdat de ontgrendelingslipjes terugspringen om de module vast te zetten. stationskooi . Plaats de montagekader . Plaats het Plaats de Nadat u aan de computer hebt gewerkt . Volg de procedures in...
Chassisintrusieschakelaar De chassisintrusieschakelaar verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader . Verwijder het stationskooi . Verwijder de Koppel de intrusiekabel los van de systeemkaart. Verschuif de intrusieschakelaar en verwijder deze uit de beugel.
De chassisintrusieschakelaar installeren Plaats de intrusieschakelaar in de beugel op de voedingseenheid en schuif deze door om te bevestigen. Sluit de intrusiekabel aan op de systeemkaart. stationskooi . Plaats de montagekader . Plaats het kap . Plaats de Nadat u aan de computer hebt gewerkt . Volg de procedures in...
Luidspreker De interne luidspreker verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader . Verwijder het stationskooi . Verwijder de Verwijder de luidsprekerkabel uit de systeemkaart. Verwijder de luidsprekerkabel onder de systeemventilatorkabel en de LAN- antennes (indien geïnstalleerd).
Ontgrendel de luidspreker en draai deze om. Verwijder de luidspreker uit het chassis. De interne luidspreker installeren Plaats de luidspreker op de juiste locatie aan de achterkant van het chassis en draai de luidspreker om deze vast te zetten. Plaats de luidsprekerkabel onder de kabel van de systeemventilator en de WLAN-antennes (indien geïnstalleerd).
Warmteafleider en processor De warmteafleider verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader . Verwijder het stationskooi . Verwijder de Maak de kabel van de warmteafleider en ventilator los van de systeemkaart.
Pagina 26
Til de warmteafleider met ventilator omhoog. Draai de geborgde schroeven los waarmee de warmteafleider met ventilator aan de systeemkaart is bevestigd. Til de warmteafleider met ventilator omhoog en verwijder ze uit de computer. Leg de onderdelen zo neer dat de ventilator omlaag wijst en de zijde met het thermische vet omhoog.
De warmteafleider plaatsen Plaats de warmteafleider met ventilator in het chassis. Draai de geborgde schroeven vast waarmee de warmteafleider met ventilator aan de systeemkaart wordt bevestigd. Laat de warmteafleider met ventilator zakken. Duw de ontgrendeling omlaag en vervolgens naar binnen om deze met de retentiehaak van de ventilator vast te maken.
Processor De processor verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader . Verwijder het stationskooi . Verwijder de warmteafleider . Verwijder de Duw de ontgrendeling omlaag en vervolgens naar buiten om deze los te maken van de retentiehaak waarmee deze is bevestigd.
Verwijder de processor uit de aansluiting en berg deze op in een antistatische verpakking. De processor plaatsen Plaats de processor in de processoraansluiting. Controleer of de processor goed is geplaatst. Doe de processorkap dicht. Duw de ontgrendeling omlaag en vervolgens naar binnen om deze met de retentiehaak vast te maken.
Knoopcelbatterij De knoopcelbatterij verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader . Verwijder het stationskooi . Verwijder de warmteafleider . Verwijder de Duw de ontgrendeling weg van de batterij zodat deze loskomt uit de houder.
De knoopcelbatterij installeren Plaats de knoopcelbatterij in de sleuf op de systeemkaart. Duw de knoopcelbatterij omlaag totdat de ontgrendeling terugveert en de batterij wordt bevestigd. warmteafleider . Installeer de stationskooi . Plaats de montagekader . Plaats het kap . Plaats de Nadat u aan de computer hebt gewerkt .
Systeemventilator De systeemventilator verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader . Verwijder het stationskooi . Verwijder de Koppel de kabel van de systeemventilator los van de systeemkaart. Koppel de systeemventilatorkabel los van het chassis.
Verwijder de schroeven waarmee de ventilator aan het chassis is bevestigd. Til de systeemventilator omhoog en uit het chassis. De systeemventilator plaatsen Plaats de systeemventilator in het chassis. Draai de schroeven vast waarmee de systeemventilator aan het chassis wordt bevestigd. Leg de systeemventilatorkabel in de chassisklem.
Ingangs-/uitgangspaneel De ingangs-/uitgangskaart verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader . Verwijder het stationskooi . Verwijder de Koppel de kabel van de I/O-paneel kaart los van de systeemkaart. Verwijder de schroeven waarmee de I/O-beugel is bevestigd.
Verwijder de I/O-beugel uit het systeemchassis. Verwijder de schroeven waarmee de ingangs-/uitgangskaart is bevestigd. Verwijder de beugel van het ingangs-/uitgangspaneel. De ingangs-/uitgangskaart plaatsen Lijn het ingangs-/uitgangspaneel uit met de beugel van het ingangs-/ uitgangspaneel en draai de schroeven vast om het ingangs-/ uitgangspaneel te bevestigen.
Voedingseenheid De voedingseenheid verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader . Verwijder het stationskooi . Verwijder de intrusieschakelaar . Verwijder de warmteafleider . Verwijder de Koppel de kabels los van de systeemkaart. Verwijder de schroef waarmee de voedingseenheid aan het chassis is bevestigd.
Verwijder de schroeven waarmee de voeding aan het chassis is bevestigd. 10. Schuif de voedingseenheid naar binnen en verwijder deze. De voedingseenheid installeren Plaats de voedingseenheid in het chassis en schuif deze naar buiten om deze te bevestigen. Draai de schroeven vast waarmee de voedingseenheid aan het chassis wordt bevestigd.
Pagina 39
Sluit de kabels op de systeemkaart aan. warmteafleider . Installeer de intrusieschakelaar . Plaats de stationskooi . Plaats de montagekader . Plaats het kap . Plaats de Nadat u aan de computer hebt gewerkt . Volg de procedures in...
Moederbord Het moederbord verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader . Verwijder het stationskooi . Verwijder de voedingseenheid . Verwijder de warmteafleider . Verwijder de geheugen. Verwijder het ingangs-/uitgangspaneel.
Pagina 42
13. Verwijder de schroeven waarmee de systeemkaart aan het chassis is bevestigd. 14. Verwijder de 7 mm inbusschroef uit de systeemkaart. 15. Schuif de systeemkaart naar de voorkant van de computer.
16. Verwijder de systeemkaart uit het chassis. De systeemkaart installeren Lijn de systeemkaart uit met de poortconnectors aan de achterkant van het chassis en plaats de systeemkaart in het chassis. Draai de 7 mm zeskantschroef vast waarmee de systeemkaart aan het chassis wordt bevestigd.
Pagina 44
warmteafleider . 10. Installeer de voedingseenheid . 11. Installeer de stationskooi . 12. Plaats de montagekader . 13. Plaats het kap . 14. Plaats de Nadat u aan de computer hebt gewerkt . 15. Volg de procedures in...
Stationskooi De stationskooi verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader . Verwijder het Verwijder de stationskooi met het handvat en draai de stationskooi om. Verwijder de gegevenskabel en stroomkabel aan de achterkant van het optische station.
Verwijder de stationskooi uit het systeem. De stationskooi plaatsen Plaats de stationskooi op de rand van de computer zodat u toegang hebt tot de kabelconnectors op de vaste schijf en het optische station. Sluit de gegevenskabel en de stroomkabel aan op de achterkant van de vaste schijf.
Draadloze module De draadloze module verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader Verwijder het stationskooi . Verwijder de Koppel de kabels los van de WLAN-kaart. Duw de vergrendelingshendels van de WLAN-kaart af.
Verwijder de WLAN-kaart. De draadloze module installeren Schuif de WLAN-kaart in de sleuf. Druk de WLAN-kaart omlaag totdat deze wordt vergrendeld met de bevestigingshendels. Sluit de antennes aan volgens de kleurcode op de WLAN-kaart. stationskooi . Plaats de montagekader . Plaats het kap .
Bedieningspaneel Het bedieningspaneel verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader . Verwijder het stationskooi . Verwijder de geheugen. Verwijder het Koppel de kabel van het bedieningspaneel los van de systeemkaart. Haal de luidsprekerkabel van het bedieningspaneel uit de chassisklem.
Verwijder de schroef waarmee de bedieningspaneelkaart is bevestigd. Verwijder het bedieningspaneel. Het bedieningspaneel installeren Plaats de bedieningspaneelkaart in de sleuf aan de voorkant van het chassis. Draai de schroef vast waarmee de bedieningspaneelkaart wordt bevestigd. Leg de luidsprekerkabel van het bedieningspaneel in de chassisklem.
Pagina 51
Sluit de bedieningspaneelkabel aan op de systeemkaart. geheugen . Plaats het stationskooi . Plaats de montagekader . Plaats het kap . Plaats de Nadat u aan de computer hebt gewerkt . Volg de procedures in...
Interne antenne De interne antenne verwijderen Voordat u handelingen in de computer gaat Volg de procedures in uitvoeren . kap . Verwijder de montagekader . Verwijder het stationskooi . Verwijder de Koppel de kabels los van de WLAN-kaart. Maak de interne antenne los.
Maak de poort van de interne antenne los. Verwijder de interne antenne. De interne antenne installeren Steek de interne antenne in de poort in het chassis en schuif deze naar rechts om deze te bevestigen. Leg de interne antenne in de chassisklem. Sluit de kabels aan op de WLAN-kaart.
Systeeminstellingen System Setup Deze computer beschikt over de volgende opties: • De System Setup openen door op <F2> te drukken • Een eenmalig opstartmenu openen door op <F12> te drukken Druk op <F2> om de System Setup te openen en wijzigingen aan te brengen in de instellingen die door de gebruiker kunnen worden ingesteld.
• Gebruikersprompt — Het menu is niet alleen eenvoudig te openen wanneer u gevraagd wordt om de toetsaanslag te gebruiken op het BIOS-startscherm (zie onderstaande afbeelding). De toetsaanslag is niet "verborgen". • Diagnoseopties — Het opstartmenu bevat twee diagnostische opties IDE Drive Diagnostics (90/90 Hard Drive Diagnostics) en Boot to the Utility Partition (Opstarten naar hulpprogrammapartitie).
Om dit te voorkomen, moet u wachten totdat het toetsenbord is geïnitialiseerd voordat u op een toets drukt. Er zijn twee manieren waarop u te weten kunt komen of dit gebeurt is: • De toetsenbordlampjes knipperen. • De "F2=Setup"-prompt verschijnt tijdens het opstarten in de linkerbovenhoek van het scherm.
Pagina 58
Algemeen Systeeminformatie De volgende informatie over het moederbord wordt weergegeven: • System Information (Systeeminformatie): toont BIOS Version (BIOS-versie), Service Tag (Servicetag), Asset Tag (Inventaristag), Manufacture Date (Productiedatum) en Express Service Code (Code voor express-service). • Memory Information (Geheugeninformatie): toont Memory Installed (Geïnstalleerd geheugen), Memory Available (Beschikbaar geheugen), Memory Speed (Geheugensnelheid), Memory Channels Mode...
Pagina 59
System Configuration (Systeemconfiguratie) Integrated NIC Hiermee kunt u de geïntegreerde netwerkkaart in- of (Geïntegreerde uitschakelen. U kunt de geïntegreerde NIC instellen op: netwerkkaart) • Disabled (Uitgeschakeld) • Enabled (Ingeschakeld) (standaard) • Enabled w/PXE (Ingeschakeld met PXE). • Enabled w/ImageServer (Ingeschakeld met ImageServer). OPMERKING: Afhankelijk van uw computer en de geïnstalleerde apparaten kunnen de onderdelen die in dit gedeelte worden vermeld wel of niet worden...
Pagina 60
System Configuration (Systeemconfiguratie) • SATA-3 Smart Reporting Dit veld bepaalt of vaste-schijffouten voor geïntegreerde (Smart-rapportage) stations tijdens het opstarten van het systeem worden gemeld. Deze technologie is deel van de SMART(Self Monitoring Analysis and Reporting Technology)-specificatie. Deze optie is standaard uitgeschakeld. USB Configuration In dit veld wordt de geïntegreerde USB-controller (USB-configuratie)
Pagina 61
Video OPMERKING: De instelling Video is alleen zichtbaar als er een videokaart in het systeem is geïnstalleerd. Beveiliging Hiermee kunt u het wachtwoord op de interne vaste schijf Internal HDD-1 (HDD) van het systeem instellen, wijzigen of verwijderen. Password Wijzigingen op dit wachtwoord worden direct van kracht. (Wachtwoord voor Voor het station is standaard geen wachtwoord ingesteld.
Pagina 62
Beveiliging OPMERKING: Het systeem vraagt altijd om de wachtwoorden voor het systeem en voor de interne vaste schijf wanneer het systeem wordt ingeschakeld als deze uit stond (koud opstarten). Bovendien vraagt het systeem altijd om de wachtwoorden voor modulecompartimenten vaste schijven die aanwezig kunnen zijn. Password Change Hiermee kunt u bepalen of u wijzigingen wilt toestaan op het (Wachtwoordwijziging...
Pagina 63
Beveiliging • Clear Intrusion Warning (Intrusiewaarschuwing wissen): standaard ingeschakeld als chassisintrusie wordt gedetecteerd. • Disable (Uitschakelen) • Enable (Inschakelen) • On-Silent (Aan-Stil): Standaard ingeschakeld als de chassisintrusie wordt gedetecteerd. CPU XD Support (CPU Hiermee kunt u de Execute Disable-modus van de processor XD-ondersteuning) in- of uitschakelen.
Pagina 64
Performance (Prestaties) C States Control Hiermee kunt u de aanvullende slaapstanden van de (Controle C-staat) processor in- of uitschakelen. Deze optie is standaard ingeschakeld. Intel® TurboBoost™ Hiermee kunt u de Intel TurboBoost-modus van de processor in- of uitschakelen. • Disabled (Uitgeschakeld): hiermee kan het TurboBoost- stuurprogramma de prestatiestatus van de processor niet wijzigen tot boven de standaardprestaties.
Pagina 65
Energiebeheer Deep Sleep Control Hiermee kunt u de besturingen definiëren wanneer Deep (Bediening diepe Sleep (Diepe slaap) is ingeschakeld. slaap) • Disabled (Uitgeschakeld) • Enabled in S5 only (Alleen ingeschakeld in S5) • Enabled in S4 and S5 (Ingeschakeld in S4 en S5) Deze optie is standaard uitgeschakeld.
Pagina 66
POST behaviour (POST-gedrag) Enable F12 — Boot menu (F12 inschakelen - opstartmenu) (standaard ingeschakeld) Fast Boot (Snel Met deze optie kan het opstartproces worden versneld door opstarten) enkele compatibiliteitsstappen over te slaan: • Minimal (Minimaal): hiermee start u snel op tenzij het BIOS is bijgewerkt, het geheugen is veranderd of de vorige POST niet is voltooid.
Pagina 67
Onderhoud grafische kaarten is vereist dat het SERR- meldingsmechanisme is uitgeschakeld. Image Server Lookup Method Hier geeft u aan hoe de ImageServer het adres van de server (Opzoekmethode) opzoekt. • Static IP (Vast IP-adres) • DNS (standaard ingeschakeld) OPMERKING: Dit veld is alleen relevant wanneer de optie "Integrated NIC"...
Pagina 68
Image Server OPMERKING: Dit veld is alleen relevant wanneer de optie "Integrated NIC" (Geïntegreerde netwerkkaart) in de groep "System Configuration" (Systeemconfiguratie) is ingesteld op "Enabled with ImageServer" (Ingeschakeld met ImageServer). Client IP (IP-adres Hiermee geeft u het vaste IP-adres van de client op. Het client) standaard-IP-adres is 255.255.255.255.
Pagina 69
Systeemlogboeken BIOS Events (BIOS- Hiermee kunt u de systeemgebeurtenislogboeken wissen. gebeurtenissen) • Clear Log (Logboek wissen) DellDiag Events Hiermee geeft u het DellDiag-gebeurtenislogboek weer. (DellDiag- gebeurtenissen) Thermal Events Hiermee wordt het logboek voor thermische gebeurtenissen (Thermische weergegeven en beschikt u over de volgende mogelijkheden: gebeurtenissen) •...
Problemen oplossen Diagnostische led-lampjes OPMERKING: De diagnostische LED-lampjes dienen slechts als voortgangsindicator tijdens het POST-proces. Deze lampjes geven niet het probleem aan dat er de oorzaak van is dat het POST-proces stopt. De controlelampjes bevinden zich aan de voorzijde van het chassis, naast de aan-uitknop.
Pagina 72
steek het netsnoer rechtstreeks in een stopcontact om te controleren of de computer goed inschakelt. • Zorg dat alle gebruikte stekkerdozen op een stopcontact zijn aangesloten en zijn ingeschakeld. • Controleer de stroomvoorziening van het stopcontact door er een ander apparaat, zoals een lamp, op aan te sluiten.
Pagina 73
het gaat branden, is er mogelijk een probleem met een randapparaat. • ls het led-lampje nog steeds niet brandt, koppelt u de PSU-verbindingen van het moederbord los en houdt u de stroomtoevoerknop ingedrukt. Als het lampje gaat branden, is er mogelijk een probleem met het moederbord.
Pagina 74
Stappen voor het oplossen van De computerhardware functioneert normaal, maar problemen de BIOS is mogelijk beschadigd of ontbreekt. Aan-uitknop Probleembeschrijving Er is mogelijk een fout in het moederbord opgetreden. Stappen voor het oplossen Verwijder alle externe kaarten uit de PCI- en PCI-E- van problemen sleuven en start de computer opnieuw op.
Pagina 75
Aan-uitknop Probleembeschrijving Er is mogelijk een fout in het moederbord opgetreden. Stappen voor het oplossen • Koppel alle interne en externe kaarten los en van problemen start de computer opnieuw op. Als de computer opstart, plaatst u de kaarten een voor een terug totdat u de probleemkaart vindt.
Pagina 76
Aan-uitknop Probleembeschrijving Er zijn geheugenmodules gedetecteerd, maar er heeft zich een geheugenfout voorgedaan. Stappen voor het oplossen • Als er twee of meer geheugenmodules van problemen geïnstalleerd zijn, verwijdert u de modules, plaatst u er één terug en start u de computer opnieuw op.
Pagina 77
Stappen voor het oplossen van Sluit alle USB-apparaten opnieuw aan en problemen controleer alle kabelverbindingen. Aan-uitknop Probleembeschrijving Er zijn geen geheugenmodules gedetecteerd. Stappen voor het oplossen • Als er twee of meer geheugenmodules van problemen geïnstalleerd zijn, verwijdert u de modules, plaatst u er één terug en start u de computer opnieuw op.
Pagina 78
Aan-uitknop Probleembeschrijving Er is mogelijk een probleem bij een uitbreidingskaart opgetreden. Stappen voor het oplossen • Ga na of er een conflict bestaat door een van problemen uitbreidingskaart (geen grafische kaart) te verwijderen en de computer opnieuw te starten (zie ). •...
Aan-uitknop Probleembeschrijving Er is een andere fout opgetreden. Stappen voor het • De display/monitor moet in een losse grafische oplossen van problemen kaart worden gestoken. • Controleer of alle kabels van de vaste schijf en van het optische station goed op het moederbord zijn aangesloten.
Pagina 80
Code 1-2-1 Oorzaak Programmeerbare intervaltimer Code 1-2-2 Oorzaak Fout bij de DMA-initialisering Code 1-2-3 Oorzaak Fout bij lezen/schrijven van het DMA-paginaregister Code 1-3-1 tot en met 2-4-4 Oorzaak DIMM's niet juist geïdentificeerd of gebruikt Code 3-1-1 Oorzaak Registerfout bij slave-DMA Code 3-1-2 Oorzaak...
Pagina 81
Code 3-3-4 Oorzaak Fout bij de test van het videogeheugen Code 3-4-1 Oorzaak Fout bij scherminitialisering Code 3-4-2 Oorzaak Fout bij opnieuw traceren scherm Code 3-4-3 Oorzaak Fout bij het zoeken naar video-ROM Code 4–2–1 Oorzaak Timer tikt niet Code 4–2–2 Oorzaak Shutdown failure (fout bij afsluiten)
(Waarschuwing! Eerdere pogingen om deze computer op te starten zijn mislukt bij controlepunt [nnnn]. Noteer dit controlepunt en neem contact op met de ondersteuningsafdeling van Dell om dit probleem op te lossen). Beschrijving De computer is er drie keer na elkaar vanwege dezelfde fout niet in geslaagd de opstartprocedure uit te voeren.
Attachment failed to respond (Bijlage heeft niet gereageerd) Beschrijving De diskette of vaste schijfcontroller kan geen gegevens naar het bijbehorende station sturen. Bad command or file name (Onjuiste opdracht of bestandsnaam) Beschrijving Controleer of u de opdracht correct hebt gespeld, spaties op de juiste plaats hebt gezet en de correct padnaam hebt gebruikt.
Diskette drive0 seek failure (Zoekfout op diskettestation) Beschrijving Mogelijk is er een kabel losgeraakt of komt de computerconfiguratie- informatie niet overeen met de hardwareconfiguratie. Diskette read failure (Leesfout diskette) Beschrijving De diskette kan defect zijn of er kan een kabel loszitten. Als het stationslampje gaat branden, moet u een andere diskette proberen.
Hard-disk drive controller failure (Fout in controller vaste- schijfstation) Beschrijving De vaste schijf kon niet worden geïnitialiseerd. Hard-disk drive failure (Fout in vaste-schijfstation) Beschrijving De vaste schijf kon niet worden geïnitialiseerd. Hard-disk drive read failure (Fout bij het lezen van de vaste schijf) Beschrijving De vaste schijf kon niet worden geïnitialiseerd.
Memory address line failure at (address), read value expecting (value) (adreslijnfout geheugen in (adres), gelezen waarde verwacht (waarde)) Beschrijving Een geheugenmodule is mogelijk defect of is niet goed geplaatst. Plaats de geheugenmodules opnieuw en vervangen deze indien nodig. Memory allocation error (Geheugentoewijzingsfout) Beschrijving Er is een conflict tussen de software die u wilt uitvoeren en het besturingssysteem of een ander programma of hulpprogramma.
Memory write/read failure at address, read value expecting value (lees/schrijffout geheugen in adres, gelezen waarde verwacht waarde) Beschrijving Een geheugenmodule is mogelijk defect of is niet goed geplaatst. Plaats de geheugenmodules opnieuw en vervangen deze indien nodig. Memory size in cmos invalid (Geheugengrootte in cmos ongeldig) Beschrijving De hoeveelheid geheugen die in de configuratiegegevens van de computer is vastgelegd, komt niet overeen met de hoeveelheid geheugen die in de computer is geïnstalleerd.
Non-system disk or disk error (Geen systeemschijf of schijffout) Beschrijving Er is geen opstartbaar besturingssystem op de diskette in station A geïnstalleerd. Vervang de diskette door een diskette met een opstartbaar besturingssysteem of haal de diskette uit station A en start de computer opnieuw op.
Sector not found (Sector niet gevonden) Beschrijving Het besturingssysteem kan een sector op de diskette of vaste schijf niet vinden. Seek error (Zoekfout) Beschrijving Het besturingssysteem kan een bepaald spoor op de diskette of de vaste schijf niet vinden. Shutdown failure (Fout bij afsluiten) Beschrijving Mogelijk werkt een chip op het moederbord niet goed.
Dell. (WAARSCHUWING: Het Disk Monitoring System van Dell heeft waargenomen dat station [0/1] op de [primaire/secundaire] EIDE-controller buiten de normale specificaties werkt. Het is raadzaam onmiddellijk een back-up te maken van uw gegevens en uw vaste schijf te vervangen door uw helpdesk te bellen of contact op te nemen met Dell.)
Specificaties Technische specificaties OPMERKING: Het aanbod kan per regio verschillen. Klik voor meer informatie over de configuratie van uw computer op Start (of Start in Windows XP) Help en ondersteuning, en selecteer vervolgens de optie om informatie over uw computer weer te geven.
Pagina 92
Geheugen Connectoren Desktop, Mini-Tower, Small Form vier DIMM-sleuven Factor Ultra Small Form Factor twee DIMM-sleuven Capaciteit 1 GB, 2 GB en 4 GB Minimumgeheugen 1 GB Maximumgeheugen Desktop, Mini-Tower, Small Form 16 GB Factor Ultra Small Form Factor 8 GB Video Geïntegreerd •...
Pagina 93
Uitbreidingsbus Bussnelheid PCI Express: • x1-sleuf, bidirectionele snelheid – 500 MB/s • x16-sleuf, bidirectionele snelheid – 16 GB/s SATA: 1,5 Gbps, 3,0 Gbps en 6 Gbps Kaarten Mini-Tower maximaal één kaart van volledige hoogte Desktop maximaal één kaart met laag profiel Small Form Factor geen Ultra Small Form Factor...
Pagina 94
Drives (Stations) Small Form Factor één slimline-compartiment Ultra Small Form Factor één slimline-compartiment Intern toegankelijk: 3,5–inch SATA-stationcompartimenten Mini-Tower twee Desktop één Small Form Factor één Ultra Small Form Factor geen 2,5–inch SATA- stationcompartimenten Mini-Tower twee Desktop één Small Form Factor één Ultra Small Form Factor één...
Pagina 95
Externe aansluitingen Ultra Small Form Factor Voorpaneel: 2 Achterpaneel: 5 Video 15-pins VGA-connector, 20-pins DisplayPort- connector OPMERKING: Verkrijgbare videoconnectoren kunnen verschillen op basis van de geselecteerde grafische kaart. Moederbordconnectoren PCI 2.3 databreedte (maximum) — 32 bits Mini-Tower, Desktop één 120-pins connector Small Form Factor, Ultra Small Form geen Factor...
Pagina 96
Moederbordconnectoren Mini-Tower, Desktop, Small Form vier 240-pins connectoren Factor Ultra Small Form Factor twee 240-pins connectoren Interne USB Mini-Tower, Desktop één 10-pins connector Small Form Factor, Ultra Small Form geen Factor Systeemventilator één 5-pins connector Voorpaneelbesturing Mini-Tower, Desktop, Small Form één 34-pins connector Factor Ultra Small Form Factor...
Pagina 97
Schakelaars en lampjes moederbord of de stroomvoorziening; een knipperend oranje lampje geeft aan dat er een probleem is met het moederbord. Stationsactiviteitslampje Blauw lampje: knipperend blauw lampje geeft aan dat de computer gegevens leest van of schrijft naar de vaste schijf. Controlelampjes Vier lampjes aan het voorpaneel van de computer.
Pagina 98
Voeding Wattage Maximale Spanning hitteverspreid Mini-Tower 265 W 1390 BTU/uur 100 V wisselstroom tot 240 V wisselstroom, 50 Hz tot 60 Hz, 5 A Desktop 250 W 1312 BTU/uur 100 V wisselstroom tot 240 V wisselstroom, 50 Hz tot 60 Hz, 4,4 A Small Form 240 W 1259 BTU/uur 100 V wisselstroom tot 240 V...
Pagina 99
Omgeving Relatieve vochtigheid (maximum): In bedrijf 20% tot 80% (niet-condenserend) Opslag 5% tot 95% (niet-condenserend) Maximumvibratie: In bedrijf 0,25 GRMS Opslag 0,5 GRMS Maximumimpact: In bedrijf 40 G Opslag 105 G Hoogte: In bedrijf –15,2 m tot 3048 m Opslag –15,2 m tot 10.668 m Contaminatieniveau in de lucht G1 of lager, zoals gedefinieerd in ANSI/ISA-...
Dell biedt diverse online en telefonische ondersteunings- en servicemogelijkheden. De beschikbaarheid verschilt per land en product en sommige services zijn mogelijk niet beschikbaar in uw regio. Wanneer u met Dell contact wilt opnemen voor vragen over de verkoop, technische ondersteuning of de klantenservice: Ga naar support.dell.com.