2
USB 2.0-aansluitingen
3
USB 3.0-aansluitingen
Sluit USB-compatibele apparaten aan, zoals een USB-toetsenbord, USB-muis, USB-opslagapparaat of
USB-printer.
4
Ethernet-poort: Sluit het dockingstation aan op een ethernet-LAN.
Opmerking: Als uw computer is aangesloten aansluit op het dockingstation, moet u altijd de Ethernet-poort
of de aansluitingen voor externe beeldschermen op het dockingstation gebruiken. Gebruik niet de
aansluitingen op de computer.
5
Netvoedingsaansluiting: Sluit de netvoedingsadapter aan.
®
6
DisplayPort
-aansluiting: Hierop kunt u een high-performance beeldscherm, een direct-drive
beeldscherm of een ander apparaat aansluiten dat gebruikmaakt van een DisplayPort-aansluiting.
7
DVI-aansluiting: Sluit een beeldscherm aan dat een DVI-aansluiting (Digital Visual Interface) ondersteunt.
Opmerking: De DVI-aansluiting kent alleen een digitale interface. Deze aansluiting kan alleen worden
gebruikt bij computers die een DVI-verbinding ondersteunen.
U kunt als volgt een DVI-beeldscherm aansluiten:
1. Zet de computer uit.
2. Het DVI-beeldscherm aansluiten op de DVI-aansluiting. Sluit het beeldscherm vervolgens aan op een
stopcontact.
3. Zet het DVI-beeldscherm aan en vervolgens de computer.
8
VGA-aansluiting: Sluit de computer op een compatibel VGA-videoapparaat aan, zoals een VGA-
beeldscherm.
9
Audioaansluiting: Sluit een hoofdtelefoon of headset met een vierpolige 3,5 mm stekker aan.
10
Veiligheidsslot: Om het dockingstation tegen diefstal te beschermen, maakt u het dockingstation vast
aan een bureau, tafel of ander vast voorwerp. Gebruik een veiligheidskabelslot dat op deze
beveiligingslotsleuf past.
ThinkPad Ultra Dock
1
Aan/uit-knop: Druk op de aan/uit-knop om de computer in of uit te schakelen.
.
Hoofdstuk 3
De computer uitbreiden
45