OBJ_BUCH-1239-002.book Page 32 Monday, June 18, 2012 10:51 AM
32 | Nederlands
Meetfuncties
Stel de waterpaslat altijd nauwkeurig verticaal op. Richt het
afgestelde en scherpgestelde meetgereedschap op de water-
paslat, zodat het draadkruis op het midden van de waterpas-
lat ligt.
Hoogte aflezen
Lees de hoogte op de waterpaslat bij de mid-
delste streep van het draadkruis af.
In het beeld gemeten hoogte: 1,195 m.
Afstand meten
Centreer het meetgereedschap boven het
punt vanaf waar de afstand moet worden ge-
meten.
Lees de hoogte op de waterpaslat bij de boven-
ste en onderste streep van het draadkruis af.
Vermenigvuldig het verschil van de beide
hoogten met 100 om de afstand van meetge-
reedschap tot waterpaslat te krijgen.
In het beeld gemeten afstand:
(1,347 m – 1,042 m) x 100 = 30,5 m.
Hoeken meten
Centreer het meetgereedschap boven het punt vanaf waar de
hoek moet worden gemeten.
A
A
B
9
x °
10
Richt het meetgereedschap op punt A. Draai de horizontale
cirkel 10 met het nulpunt naar de afleesmarkering 9. Richt het
meetgereedschap vervolgens op punt B. Lees de hoek op de
afleesmarkering 9 af.
GOL 20 D/GOL 26 D/GOL 32 D: In het voorbeeld gemeten
hoek: 45°.
GOL 20 G/GOL 26 G/GOL 32 G: In het voorbeeld gemeten
hoek: 45 gon.
Nauwkeurigheidscontrole van het meetgereed-
schap
Controleer de waterpas- en indicatienauwkeurigheid van het
meetgereedschap altijd vóór het begin van de werkzaamhe-
den en na het vervoeren van het meetgereedschap.
1 619 929 L41 | (18.6.12)
Dooslibel controleren
Stel het meetgereedschap met de voetschroeven 12 zodanig af
dat de luchtbel zich in het midden van de dooslibel 7 bevindt.
Draai de kijker 180°. Als de luchtbel zich niet meer in het mid-
den van de dooslibel 7 bevindt, moet de dooslibel worden bij-
gesteld.
Dooslibel bijstellen
Draai met de inbussleutel 17 de instelschroeven 11 tot de
luchtbel zich in het midden van de dooslibel bevindt.
Controleer de dooslibel door de kijker 180° te draaien. Her-
haal de instelling indien nodig of neem eventueel contact op
met de klantenservice van Bosch.
Compensator controleren
Meet na het afstellen en scherpstellen van het meetgereed-
schap de hoogte aan een referentiepunt. Druk vervolgens op
de vergrendelingsknop 8 van de compensator en laat deze
weer los. Meet opnieuw de hoogte aan het referentiepunt.
Komen beide hoogten niet nauwkeurig overeen, laat het meet-
gereedschap dan door een Bosch-klantenservice repareren.
B
9
Draadkruis controleren
Voor de controle heeft u een meettraject van ca. 30 m lengte
nodig. Stel het meetgereedschap in het midden en de water-
paslatten A en B aan beide uiteinden van het meettraject op.
10
a
1
A
Na het afstellen en scherpstellen van het meetgereedschap
leest u de hoogte aan beide waterpaslatten af. Bereken het
verschil d tussen de hoogte a
hoogte b
1
Voorbeeld:
= 1,937 m
a
1
b
= 1,689 m
1
a
– b
= 1,937 m – 1,689 m = 0,248 m = d
1
1
Breng de luchtbel van de dooslibel 7 door het
draaien van de voetschroeven 12 in een posi-
tie midden tussen de eindpositie van de con-
trole en het midden van de dooslibel.
17
11
30 m
a
– b
= d
1
1
op de waterpaslat A en de
1
op de waterpaslat B.
b
1
d
B
Bosch Power Tools