Veiligheidsklep, type 813/413, voor stationaire vaten voor korrelige of stof-
vormige producten, of voertuigtanks voor vloeibare, korrelige of stoffige pro-
ducten volgens AD 2000 merkblad HP 801 nr. 23, die met perslucht geleegd
worden. Ter beveiliging tegen drukoverschrijding in drukvaten, die voldoen aan de
voorschriften van het AD-2000 merkblad A2 of als uitrustingsdeel met veiligheids-
functie voor drukapparaten volgens de EC-drukapparatenrichtlijn.
Raadpleeg voor bijzonderheden aangaande het toepassingsgebied van de afzonder-
lijke uitvoeringen de gegevensbladen van de fabrikant.
4
Installatie en montage
Veer-veiligheidskleppen moeten ingebouwd worden met verticaal naar boven gerichte
veerkap. De veiligheidsfunctie van de veiligheidskleppen is ook bij horizontale instal-
latie gecontroleerd en aangetoond. Om te verzekeren dat de kleppen onberispelijk
functioneren, moeten deze zodanig worden gemonteerd dat er geen ontoelaatbare
statische, dynamische of thermische belastingen kunnen ontstaan. Bij de montage
moet erop gelet worden, dat het maximale aantrekkoppel niet wordt overschreden (zie
tabel). Als het medium, dat uit de behuizing stroomt, direct of indirect gevaren voor
personen of de omgeving kan veroorzaken, dan moeten er geschikte veiligheidsmaat-
regelen worden genomen. Daarbij moeten ook uitwasemingen door de ontlastingsbo-
ringen van de veerkap in acht worden genomen.
Ventielmaat
Toevoer
De toevoerstompen voor de veiligheidskleppen dienen zo kort mogelijk te zijn en
moeten zodanig zijn gevormd dat bij volledig klepvermogen geen hogere drukverlie-
zen dan max. 3% van de aanspreekdruk kunnen optreden.
Assembly and maintenance instructions - 810/410, 812/412, 813/413, 690/691 | Version: 06/2023 · V02
DN 8
DN 10
DN 15
DN 20
DN 25
DN 32
DN 40
DN 50
Maximale aantrekkoppel
30 Nm
40 Nm
50 Nm
60 Nm
60 Nm
80 Nm
80 Nm
90 Nm
www.goetze-group.com