GEBRUIK
Magnetronfuncties
• Waarschuwing! Verhitting van vloeistoffen in de magnetron kan
resulteren in kookpuntvertraging. Dit houdt in dat de vloeistof pas
na verwijdering uit de magnetron heftig kan gaan koken met het
risico dat u zich brandt. Het effect van kookpuntvertraging kunt
u opheffen door een kunststof of glazen lepeltje in de vloeistof te
zetten alvorens de vloeistof op te warmen in de magnetron.
• Waarschuwing! Let op met babyvoeding:
▷ Let op! Schud of roer de inhoud van babyflesjes of potjes
babyvoeding na verwarming.
▷ Let op! Controleer de temperatuur van de voeding zorgvuldig
vóór consumptie om brandwonden te voorkomen.
Waarschuwing! Bestek en serviesgoed kunnen heet zijn na
gebruik van de magnetron.
1. Druk op de aan-/uittoets om de magnetronfunctie in te schakelen.
'01:00' knippert in de display en het magnetronfunctie icoon is
zichtbaar.
2. Draai aan de selectieknop om de kookduur in te stellen.
De maximale kookduur is afhankelijk van het ingestelde vermogen.
3. Druk op de vermogen-/gewichttoets om het magnetronvermogen
in te instellen.
'900' knippert in de display.
4. Draai aan de selectieknop om het magnetronvermogen in te stellen
(tussen 100 W en 900 W).
U hoort een geluidssignaal.
5. Druk op de start-/pauzetoets om het kookproces te starten.
Wanneer het kookproces afgerond is hoort u 5 geluidssignalen.
De ventilator blijft nog enige tijd draaien en schakelt vanzelf uit.
Indien niet op de start-/pauzetoets gedrukt wordt, schakelt de combi-
magnetron na 5 minuten automatisch uit.
NL 13