• Een voeding voor externe controle moet voldoen aan UL norm klasse 2.
• Voor het besturingscircuit moeten twisted pair of afgeschermde twisted pair kabels ge-
bruikt worden ter voorkoming van werkingsfouten.
• Aard de kabelafscherming met een zo groot mogelijk contactoppervlak.
• De kabelafscherming moeten aan beide zijden van de kabel geaard worden.
Aansluitklemmen hoofdcircuit
Terminal
R/L1, S/L2, T/L3
U/T1, V/T2, W/T3
B1, B2
+1, +2
+1, –
(2 terminals)
Aansluitklemmen besturingscircuit
De onderstaande figuur geeft een overzicht van de aansluitklemmen van het besturingscir-
cuit. De regelaar is uitgerust met schroefloze klemmen.
Er zijn 3 DIP schakelaars, S1 tot S3 , geplaatst op het besturingscircuitbord
SW1
Schakelt analoge ingang A2 tussen spanningsingang en stroomingang
SW2
Schakelt de afsluitweerstand voor de serieële communicatie RS-422A/RS-485 aan of uit.
Gebruikt voor omschakeling tussen PNP/NPN (standaard) aansturing van de digitale ingangen. (PNP
SW3
vereist een externe 24 VDC voedingsspanning.)
I67E-NL
V1000 Snelle Start Gids
Type
Zet netspanning op de regelaar.
Netspanning
Gebruik bij een eenfase regelaar altijd de klemmen R/L1, S/L2.
ingangsklemmen
(NOOIT T/L3).
Regelaar uitgang
Motor aansluitingen.
Remweerstand
Remweerstand aansluiting.
aansluiting
Bij het aansluiten van een smoorspoel dient de draadbrug tussen +1 en
DC-kringsmoorspoel
+2 verwijdert te worden.
DC-voedings-
Gelijkspanningsingang (+1 = Plus, –: Min).
aansluiting
Voor 200 V klasse: aarding van minder dan 100 Ω
Aarde aansluiting
Voor 400 V klasse: aarding van minder dan 10 Ω
R+ R- S+ S- IG
P1 P2 PC A1 A2 +V AC AM AC MP
S1 S2 S3 S4 S5 S6 SC HC H1 H2 RP
S2
S1
S3
MA MB MC
3 Elektrische installatie
Functie
13