Drogen
Tip: Lees het hoofdstuk "Programma-
overzicht".
Daarin kunt u alle programma's en bij-
behorende beladingscapaciteiten
vinden.
- Neem voor ieder droogprogramma de
maximale beladingscapaciteit in acht.
Het energieverbruik is dan relatief ge-
zien het laagst.
- Dons heeft afhankelijk van de kwali-
teit de neiging om te krimpen. Ge-
bruik voor dergelijke textielsoorten al-
leen het programma Ontkreuken.
- Droog zuiver linnen alleen als dat vol-
gens het etiket geoorloofd is. Het kan
anders ruw worden. Gebruik voor der-
gelijke textielsoorten alleen het pro-
gramma Ontkreuken.
- Wol en wolmengsels kunnen gemak-
kelijk vervilten en krimpen. Gebruik
voor dergelijke textielsoorten alleen
het programma Finish wol.
- Gebreid textiel (zoals T-shirts, onder-
goed) krimpt bij de eerste was vaak
licht. Droog deze kledingstukken daar-
om niet te intensief om verder krim-
pen te voorkomen. Kies bij gebreid
textiel eventueel voor een of twee
maten groter.
- Verminder bij bijzonder temperatuur-
en kreukgevoelig wasgoed de bela-
dingscapaciteit en kies de optie Extra
zacht.
1. De juiste wasverzorging in acht nemen
Textielbehandelingssymbolen in acht
nemen
Drogen
normale/hogere temperatuur
lagere temperatuur*
* Kies Extra zacht
niet geschikt voor de droogkast
Strijken en mangelen
zeer heet
warm
De juiste droogtegraad kiezen
- Extra droog voor erg dik wasgoed dat
uit meerdere lagen bestaat.
- Kastdroog voor wasgoed dat kan
krimpen. Of voor wasgoed uit licht ka-
toen of jersey.
- Strijkdroog of Mangeldroog, wanneer
u na het drogen het wasgoed wilt be-
werken.
Tip: U kunt de droogtegraden van de
programma's Katoen en Kreukherstel-
lend individueel aanpassen (vochtiger of
droger). Zie hiervoor het hoofdstuk
"Programmeerfuncties".
heet
niet strijken/
mangelen
21