GEBRUIKERSHANDLEIDING
5.2 Probleem/oplossing - problemen oplossen
Probleem:
Specifiek probleem:
Mogelijke oorzaak: Het omschakelventiel werkt niet goed.
Oplossing:
Specifiek probleem:
Mogelijke oorzaak 1: Het omschakelventiel werkt niet goed.
Oplossing:
Mogelijke oorzaak 2: Onvoldoende druk.
Oplossing:
Specifiek probleem:
Mogelijke oorzaak 1: Onvoldoende druk.
Oplossing: Controleer de druk en verstel indien nodig het overdrukventiel.
Mogelijke oorzaak 2: Het omschakelventiel werkt niet goed.
Oplossing:
Probleem:
Specifiek probleem: Cilinders 1 en 2 worden beide uitgeschoven naar de voorkant van het voertuig.
Mogelijke oorzaak: Het doorschakelventiel aan de voorzijde van cilinder 1 is defect.
Oplossing: Vervang het doorschakelventiel.
Specifiek probleem: Cilinders 2 en 3 worden beide uitgeschoven naar de voorkant van het voertuig.
Mogelijke oorzaak: Het doorschakelventiel aan de voorzijde van cilinder 2 is defect.
De cyclus begint, en vervolgens wordt de vloer stilgezet.
De eerst dwarsbalk (1) beweegt naar de voorkant van het voertuig, de tweede
dwarsbalk (2) beweegt naar voren, de derde dwarsbalk (3) beweegt naar voren,
waarna het systeem stopt.
De moeren aan de afvoerzijde van de draadstang zijn niet goed afgesteld.
Scheid de twee moeren en verplaats ze naar de achterkant van het voertuig. Zet
de moeren weer aan elkaar vast.
Alle cilinders bewegen naar de achterkant van het voertuig, waarna het systeem
stopt.
De moeren aan de voorzijde van de draadstang zijn niet goed afgesteld. Scheid
de twee moeren en verplaats ze naar de voorkant van het voertuig. Zet de
moeren weer aan elkaar vast.
Controleer de druk en verstel indien nodig het overdrukventiel. Als de vloer in
de volledige achterste positie stopt en het omschakelventiel is geschakeld, is
er mogelijk onvoldoende oliedruk. Voor het verplaatsen van de lading is minder
druk nodig dan voor het onder de lading trekken van de afzonderlijke latten (1/3
per keer).
De vloer werkt prima zonder of met een lichte lading, maar niet met een zware
lading.
Controleer op de hierboven beschreven manier of de moeren op de draadstang
goed zijn afgesteld.
De aandrijvingscyclus verloopt niet goed tijdens het lossen.
31
TM
S-Drive
DOC06302 Rev. G