Eigenschappen
1.
POWER IN: Gebruik de meegeleverde
stroomadapter om het mengpaneel aan te
sluiten op een stopcontact. Sluit de
voeding eerst aan op het mengpaneel en
daarna op het stopcontact. Zorg ervoor
dat het apparaat ondertussen uit staat.
2.
POWER SWITCH: Zet het mengpaneel
aan en uit. Zet het mengpaneel aan nadat
alle invoerapparaten zijn aangesloten en
voordat u de versterkers aanzet. Schakel
de versterkers uit voordat u de mixer
uitzet.
3.
MIC INPUT: Sluit met behulp van een
XLR-kabel een microfoon aan op deze
ingangen.
4.
LINE INPUT*: Sluit lijnniveau-apparaten
aan op deze ingangen met 1/4"-kabels.
5.
GAIN: Regelt het geluidsniveau van het
kanaal (pre-fader en pre-EQ gain). Pas dit
zo aan dat de PEAK LED maar lichtjes
oplicht tijdens de luidste delen van de
song.
6.
HI
EQ
(TREBLE):
frequenties (treble) van het kanaal.
7.
MID EQ: Regelt de middenfrequenties van
het kanaal.
8.
LOW
EQ
(BASS):
frequenties (bassen) van het kanaal.
9.
AUX
SEND
geluidsniveau van het kanaal (pre-EQ) dat
wordt verzonden naar de AUX SEND-
uitgang met het label "1 MON". U kunt
deze gebruiken om een aangepaste
monitormix te maken voor uzelf of uw
muzikanten.
10.
AUX
SEND
geluidsniveau van het kanaal (post-EQ)
dat wordt verzonden naar de interne
effectenprocessor van het mengpaneel.
Zet dit aan voor de kanalen waarop u
interne effecten wilt toepassen. U kunt dit
gebruiken om externe effecten toe te
passen op individuele kanalen.
11.
CHANNEL PAN: Past de plaats aan van
het (mono)kanaal in het stereoveld.
12.
BALANS (CH 3/4 & 5/6): Regelt de
balans tussen Kanalen 3 en 4 en Kanalen
5 en 6.
13.
PEAK LED: De LED knippert wanneer het signaal overstuurd wordt. Als dit gebeurt, verlaag dan de
instelling van de GAIN-knop of de CHANNEL VOLUME-knop.
14.
CHANNEL VOLUME: Past het geluidsniveau aan van het kanaal.
15.
AUX RETURN-INGANGEN**: U kunt de uitgangen van een extern apparaat aansluiten op deze
ingangen met behulp van 1/4" monokabels. Deze ingangen worden meestal gebruikt voor externe
effectenapparaten, maar ze kunnen ook gebruikt worden als een extra inputkanaal voor synthesizers,
drumcomputers, enz. Als uw bron mono is, sluit de kabel dan aan op de linkeraansluiting. Dan is het
hoorbaar in zowel het linker- als rechterkanaal.
18
Regelt
de
hoge
Regelt
de
1
MON:
Regelt
2
FX:
Regelt
het
1
2
3
3
4
5
6
7
8
9
10
lage
11
11
13
het
14
* Bij gebruik van LIJNINGANGEN 3/4, 5/6 en de AUX
RETURNS:
• Als alleen het linkerkanaal wordt gebruikt, zal het
signaal hoorbaar zijn in zowel linker- als rechterkanaal
en is de geluidsbalans niet aanpasbaar.
• Als alleen het rechterkanaal wordt gebruikt, dan is het
signaal enkel hoorbaar in het rechterkanaal.
** Om een rack met externe effecten, een compressor
enz. te gebruiken, moet u een Y-kabel (1/4" stereo naar
twee 1/4" mono) verbinden met de uitgang AUX SEND "2
FX" en de linker- en rechteringangen van uw extern
apparaat. Sluit de uitgangen van uw externe apparaat
aan op de linker- en rechter- AUX RETURN-INGANGEN.
21
4
4
15
16
15
16
19 19 20 20
12
12
17
18
17
18
2 TK
31
22
23
30
24
25
29
2 TK
26
27
28
2 TK