Aanduiding batterijspanning
Druk op toets
om de actuele batterijspanning aan te duiden. Op het dis-
-
+
play verschijnt de celspanning, die bij maximale belasting door de elektronica
aanwezig is.
Protocolinstelling
GAMMA-SCOUT® protocolleert automatisch het aantal gemeten impulsen
en legt deze gegevens vast in het interne geheugen. Deze data kunnen met
een computer uitgelezen en verder bewerkt worden.
Af fabriek is de protocolprocedure zo ingesteld, dat GAMMA-SCOUT® steeds
de impulsen van een week bij elkaar optelt en als weekwaarde opslaat.
Op deze manier is de capaciteit van het geheugen voldoende om de week-
waarden van 10 jaar te protocolleren.
Zoals de volgende tabel laat zien, kunt u ook kortere protocoltijden instellen,
waardoor de totale registratieduur dienovereenkomstig verkort wordt:
Protocolinterval
Tonen
1 week
7 d
1 dag
1 d
1 uur
1 h
10 minuten
10 min.
1 minuut
1 min.
Protocol instellen
*
Druk op toets
, om over te schakelen op de werkingssoort Protocol.
Op het display wordt nu het symbool protocol getoond. Er verschijnt
even een staafdiagram, dat aangeeft hoeveel vrije geheugenruimte er
nog aanwezig is voor het protocol.
*
Door op toets
te drukken kiest u voor vaker protocolleren en daar-
door kortere protocolintervallen.
*
Door op toets
te drukken kiest u voor minder vaak protocolleren
en daardoor een groter protocolinterval.
*
Door op de toets
te drukken neemt u de zojuist gekozen waarde
als protocolinterval.
GAMMA-SCOUT® verlengt zelfstandig de protocolafstand tot een week,
12
Registratieduur
ca. 10 jaar
ca. 2 jaar
vier weken
ca. 4 dagen
10 uur
zodra het geheugen voor meer dan driekwart vol is. U kunt de geprotocol-
leerde data op elk moment doorgeven aan een computer en het geheugen
van uw GAMMA-SCOUT® dan wissen om het opnieuw te gebruiken.
Bijzonderheden hierover vindt u in het volgende hoofdstuk.
Dataoverdracht en -evaluatie
In de werkingssoort dataoverdracht kunt u de data van de protocollen, die
GAMMA-SCOUT® in zijn geheugen heeft opgeslagen, overdragen aan een
computer, zodat ze daar verder bewerkt kunnen worden. Na de dataoverdracht
kunt u het protocolgeheugen wissen en daarmee vrijmaken voor het
registreren van nieuwe gegevens.
Dataoverdracht onder WINDOWS 95 resp. WINDOWS NT
Om de protocolgegevens op een PC te kunnen evalueren, moet deze PC
voldoen aan de volgende systeemeisen:
-
processor vanaf Pentium 90
minstens 16 MB RAM, minstens 20 MB vrije ruimte op de harde schijf
een vrije COM-interface (aan de achterzijde van uw PC)
Installatie van het evaluatieprogramma
De installatie van het evaluatieprogramma komt overeen met de gebruikelijke
procedure onder Windows 95 resp. Windows NT:
*
Start WINDOWS 95 resp. WINDOWS NT.
*
Klik nu in het menu "Start" op het menupunt "Instellingen" en daar dan
op "systeembesturing".
*
Dubbelklik op de icoon "Software".
*
Klik op "Installeren".
*
Leg nu de meegeleverde CD in de drive en klik op "Verder".
*
Klik op "doorzoeken".
*
In het beeld dat nu verschijnt klikt u "(C:)" en "Gamma-V1-50CD" en
afsluitend op "Openen".
*
Nu verschijnt er de vraag of u de Duitse of Engelse programmaversie
wilt laden. Klik de taal van uw keuze aan.
*
Het "Setup"-icoon verschijnt.
*
Klik deze icoon aan en daarna op "Openen".
13