BEDIENINGSTIPS
De afstandsbediening met snoer is vereist om de volgende functies te gebruiken (**).
**Dubbele afstandsbediening (optioneel)
Er kan een afstandsbediening worden toegevoegd aan het maximum van 2 afstandsbedieningen. Elk van de afstandsbedieningen
kan de air conditioner besturen. De tijdsmodussen kunnen echter niet met de tweede unit worden gebruikt.
**Groepsbesturing
1 afstandsbediening kan tot 16 air conditioners besturen. Alle air conditioners zullen volgens dezelfde instellingen functioneren.
De instructies met betrekking tot de verwarming (*) zijn alleen van toepassing voor het "HEAT & COOL MODEL" (omgekeerde
cyclus).
AUTO heropstarten
In geval van stroomonderbreking
Als de stroomvoorziening van de air conditioner onderbro-
●
ken wordt door een elektriciteitsonderbreking, zal de air
conditioner automatisch opnieuw opstarten, in de eerder
geselecteerde modus, als de elektriciteitsvoorziening weer
wordt ingeschakeld.
Ingeval er een elektriciteitsstoring plaatsvindt in de TIMER
●
bedieningsmodus, zal de timer worden gerest en zal de unit
beginnen (of stoppen) met de nieuwe timerinstelling. In dit
geval zal de TIMER indicatorlamp (oranje) knipperen.
Waarschuwing
*
In de verwarmingsstand zal de buitenunit soms gedurende
●
korte tijd de ontdooifunctie starten. In de ontdooiingsmodus
zal als de gebruiker de binnenunit opnieuw in de
verwarmingsmodus schakelt, de ontdooiingsmodus blijven
werken, en zal de verwarmingsmodus starten nadat de
ontdooiingsmodus is voltooid, waardoor het soms enige
tijd zal duren voordat de warme lucht wordt uitgestuurd.
Het gebruik van andere elektrische apparaten zoals een
●
elektrisch scheerapparaat of het nabije gebruik van een
draadloze radiozender kan storing van de airconditioner
veroorzaken. In dit geval dient de stroomvoorziening tijdelijk
worden uitgeschakeld, en vervolgens weer worden inge-
schakeld, en maak vervolgens gebruik van de afstandsbe-
diener om de werking te hervatten.
*
In de verwarmingsstand kan de bovenzijde van de binnen-
●
unit warm worden. Dit komt doordat koelvloeistof door de
binnenunit stroomt, zelfs wanneer het apparaat tot stilstand
is gekomen; het wijst niet op een storing.
Nl-17