5
Telefoneren
U kunt uw faxapparaat als een normale telefoon gebruiken om
gespreksverbindingen te maken en te ontvangen.
♦
Om een gespreksverbinding te maken of te ontvangen moet de
spanning ingeschakeld zijn (behalve in België).
1
Neem de hoorn op of druk de
SPEAKER toets in. Luister naar de
kiestoon.
2
Kies een nummer met behulp van één
van de volgende methoden:
• •
Normaal kiezen: Voer het
volledige telefonnummer in met
behulp van de numerieke toetsen.
• •
Kiezen m.b.v. de snelkiestoets:
Druk op de overeenkomstige
snelkiestoets.
• •
Kiezen m.b.v. een
verkortkiescode: Druk op de
SPEED DIAL toets en voer de
2-cijferige verkortkiescode met
behulp van de numerieke toetsen in.
3
Wanneer de verbinding tot stand komt,
spreekt u met de ontvanger van het
gesprek.
• •
Wanneer u op de SPEAKER toets
heeft gedrukt, neemt u de hoorn van
de haak.
SPEAKER
of
ABC
DEF
2
3
1
JKL
MNO
GHI
6
4
5
PQRS
TUV
WXYZ
7
8
9
57