1. BELANGRIJKE INFORMATIE VOOR JE VEILIGHEID
!
LET OP: Lees deze handleiding en belangrijke opmerkin-
gen voor maximale effectiviteit en veiligheid voordat je het
apparaat in gebruik neemt. Neem de volgende voorzorgs-
maatregelen in acht voordat je het apparaat monteert en
gaat gebruiken.
1.
Wees altijd bijzonder voorzichtig als je op de VC300 gaat staan of van het apparaat
komt.
2.
Houd lichaamsdelen, handen en voeten uit de buurt van de wielen aan de achterzijde
van de kap, en van de inklapbare pedalen en bewegende rails. Er kan ernstig letsel
optreden wanneer je lichaamsdelen, handen of voeten op een van deze bewegende
onderdelen plaatst.
3.
Houd de VC300 buiten het bereik van kinderen. Dit apparaat is geen speelgoed en is
niet bedoeld om door of in de buurt van kinderen en huisdieren te worden gebruikt.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat terwijl je het gebruikt.
4.
Raadpleeg eerst je arts voordat je met de training begint, vooral als je je zorgen
maakt over je fysieke conditie en je algehele conditie voor het trainen met de VC300.
5.
Let op de signalen van je lichaam wanneer je dit apparaat gebruikt. Stop de training
als je een of meer van de volgende symptomen opmerkt: pijn, beklemmend gevoel
op de borst, onregelmatige hartslag, kortademigheid, sufheid, duizeligheid of misse-
lijkheid. Doe niet verder tenzij de arts zich geen bedenkingen maakt.
6.
Gebruik dit apparaat altijd op een vlakke, stabiele ondergrond. Bescherm de vloer of
het tapijt tegen beschadigingen met een trainingsmat. Zorg voor de veiligheid voor
een afstand van minimaal 50 cm van voorwerpen.
7.
Probeer de VC300 niet te gebruiken zonder de handgrepen vast te houden.
8.
Kies altijd het juiste niveau dat het beste bij je fysieke conditie past en train flexibel.
Ken je grenzen en blijf binnen je eigen grenzen tijdens de training.
9.
Gebruik dit apparaat niet als het op een of andere manier beschadigd is. Controleer
de toestand vóór elk gebruik. Het niet opvolgen van deze waarschuwing kan tijdens
de training tot letsel leiden.
10.
Gebruik het apparaat alleen voor het beoogde doel zoals hier beschreven.
11.
Vervang onderdelen niet met onderdelen van andere apparaten of andere fabrikan-
ten. Gebruik uitsluitend de door de fabrikant geleverde onderdelen.
68