Installatie
5.2.2
Montage-instructies
Om de optimale meting te waarborgen, moet de hoornantenne uit de nozzle steken. De
binnenkant van de nozzle moet glad zijn en mag geen randen of lasnaden bevatten. De
randen van de nozzle indien mogelijk afronden.
L
D
2
Nozzle-installatie
A
40 mm (1,5 in) Antenne
B
80 mm (3 in) Antenne
De maximale nozzlelengte L hangt af van de nozzlediameter D.
Houd de grenswaarden voor de lengte en diameter van de nozzle aan.
40 mm (1,5 in) antenne, installatie buiten nozzle
• D: min. 40 mm (1,5 in)
• L: max. (D - 30 mm (1,2 in)) × 7,5
40 mm (1,5 in) antenne, installatie in nozzle
• D: min. 80 mm (3 in)
• L: max. 100 mm (3,94 in) + (D - 30 mm (1,2 in)) × 7,5
80 mm (3 in) antenne, installatie in nozzle
• D: min. 120 mm (4,72 in)
• L: max. 140 mm (5,51 in) + (D - 50 mm (2 in)) × 12
80 mm (3 in) antenne, installatie buiten nozzle
• D: min. 80 mm (3 in)
• L: max. (D - 50 mm (2 in)) × 12
5.2.3
Verdraaien van de behuizing
De behuizing kan vrij worden verdraaid met de kabelwartel aan de zijkant.
Eenvoudige installatie dankzij optimale uitlijning van de behuizing.
12
A
L
D
B
L
D
Micropilot FMR20B HART
L
D
A0055399
Endress+Hauser