XA00322F-E
Temperatuurtabe
llen
12
Apparaatgroep III, toepassing in stof
• Bij gebruik van de sensor in explosiegevaarlijke omgevingen vanwege
ontbrandbare mengsels stof in de lucht , moet de sensor worden
gemonteerd omgeven door metalen of elektrische geleidende
oppervlakken in een teruggetrokken of afgeschermde positie, bijv. in
een nozzle.
• Accessoires moeten elektrisch geleidend en geaard zijn.
Instrumenttype FDU93, FDU95
• De sensorbehuizing bestaat uit geleiden materiaal en is net zoals het
membraan en de montageverbinding aangesloten op de aarddraad
van de sensorkabel, welke moet worden aangesloten op het lokale
aardingssysteem van de installatie.
• De sensor kan worden geschroefd in een kunststof flens met
geleidende bekleding, een niet beklede kunststof flens met een
oppervlakteweerstand = 10
• Bij gebruik van een beklede kunststof flens: installeer het kunststof
oppervlak buiten de mediumstroom.
• De bekleding moet worden opgenomen in de potentiaalvereffening.
Gebruik bij voorkeur geleidende of metalen flenzen.
Procestemperatuur T
p
(proces)
Zone 1 - applicatie
Temperatuurklasse
T6
T5
T4
T3
Prosonic S FDU90, FDU91, FDU91F, FDU92, FDU93, FDU95
9
Ω of een metalen flens.
Instrumenttype
FDU90
FDU91, FDU91F,
FDU92
max. +60 °C max. +80 °C
Toegestaan omgevingstemperatuurbereik
Instrumenttype
FDU90
FDU91
Met basisspecificatie, positie 4 =
A
–
–40 ... +60 °C
–40 ... +60 °C
–40 ... +80 °C
–40 ... +80 °C
–40 ... +80 °C
–40 ... +80 °C
–40 ... +80 °C
FDU93
FDU95
max. +80 °C max. +80 °C
FDU91F
FDU92
FDU93
B
FDU95
–40 ... +40 °C
–40 ... +60 °C
–40 ... +60 °C
–40 ... +80 °C
–40 ... +80 °C
–40 ... +80 °C
–40 ... +80 °C
–40 ... +80 °C
Endress+Hauser