– Gebruik uitsluitend de met het tv-toestel meegeleverde pootjes en bouten.
– Gebruik uitsluitend meubelen waarin of waarop het tv-toestel veilig kan worden neergezet.
– Let op dat het tv-toestel niet over de randen van het meubel uitsteekt.
– Zet het tv-toestel niet op een hoog opgehangen meubel (bijv. een hangkast of boekenkast)
zonder zowel het meubel als het tv-toestel goed en stabiel te bevestigen. Let hierbij op dat
het meubel op de juiste manier wordt gemonteerd en dat het maximale draagvermogen
ervan niet wordt overschreden.
– Leg geen dekens of iets dergelijks onder het tv-toestel, zodat gewaarborgd is dat het toe-
stel stabiel staat.
– Wijs kinderen op de gevaren die ontstaan als zij proberen bij het tv-toestel of de bedie-
ningselementen van het toestel te komen door op meubels te klimmen.
Als u het tv-toestel opbergt of verplaatst, moet u de bovenstaande veiligheidsvoorschriften
eveneens in acht nemen.
.. Omgevingstemperatuur
– Het toestel kan worden gebruikt bij een omgevingstemperatuur van +5 °C tot +35 °C en bij
een relatieve luchtvochtigheid van 20% tot 85% (niet condenserend).
– In uitgeschakelde toestand kan de smart-tv worden opgeborgen bij een temperatuur van
-20 °C tot +60 °C.
– Zorg voor een afstand van minimaal één meter tussen het toestel en hoogfrequente en
magnetische storingsbronnen (zoals andere tv-toestellen, luidsprekerboxen, mobiele tele-
foons, enz.) om te voorkomen dat het toestel niet goed werkt.
– Haal bij onweer en als het toestel langere tijd niet wordt gebruikt, de stekker uit het stop-
contact en de antennekabel uit de antenne-aansluiting.
LET OP!
Gevaar voor beschadiging!
Bij grote schommelingen in temperatuur of luchtvochtigheid kan er door condensatie
vocht in de smart-tv terechtkomen, waardoor er kortsluiting kan ontstaan.
Neem de smart-tv nadat deze is vervoerd, pas weer in gebruik als hij de omgevings-
temperatuur heeft aangenomen.
.. Reparatie
– Laat reparaties aan de smart-tv uitsluitend uitvoeren door gekwalificeerde vakmensen.
– Als er een reparatie nodig is, neem dan uitsluitend contact op met onze geautoriseerde ser-
vicepartners.
– Zorg ervoor dat er uitsluitend reserveonderdelen worden gebruikt die door de fabrikant
zijn goedgekeurd. Bij gebruik van ongeschikte reserveonderdelen kan het toestel bescha-
digd raken en kan er brandgevaar ontstaan.
Veiligheidsvoorschriften
11