Opnamen maken terwijl u de Live
weergave-opname bekijkt
1
Druk op K bij stap 5 op
"Opnamen maken met de
zoeker" (p. 32).
De Live weergave wordt op de
monitor getoond.
2
Zorg ervoor dat het
onderwerp binnen het
AF-kader op de monitor
is en druk 0 half in.
Beschikbare bedieningshandelingen
Maakt de opname groter.
E
Gebruik R om de vergroting te wijzigen
(tot 16×).
Gebruik ABCD om het weer te geven gebied
te wijzigen.
Druk op M om het weergavegebied naar het
midden terug te zetten.
Druk op E om terug te keren naar de
enkelbeeldweergave.
Verlaat het maken van opnamen met Live
K
weergave.
De volgende stappen zijn hetzelfde als bij opnamen maken
met de zoeker.
34
1/
1/
2000 F2.8
2000
F2.8
1600
1600
9999
9999
AF-kader
t Memo
• Het hangt van de opnamestand af welke functies kunnen
• U kunt veelgebruikte belichtingsstanden en opname-instellingen
Opnamestanden voor foto's
Opnamestand
De camera kiest automatisch
de optimale opnamestand en
maakt hierbij een keuze tussen
a (Standaard), b (Portret),
R
(Auto Picture-
c (Landschap), d (Macro),
standen)
e (Bewegend Object),
f (Nachtopname Portret),
g (Zonsondergang),
h (Blauwe Lucht), of i (Bos).
Biedt u diverse scènestanden
S
(Scènestanden)
waaruit u kunt kiezen.
Hiermee kunt u de sluitertijd,
G, H, I, J,
diafragmawaarde en de
K, L, M
(Belichtingsstanden)
gevoeligheid instellen.
O
Creëert een duidelijke en heldere
(HELDERE
sfeer in foto's.
KLEURTOON)
Geeft landschapsfoto's een
P
(HDR-LANDSCHAP)
gedurfde en dramatische look.
Past de zwarttinten van de
achtergrond aan en geeft de
Q
(ASTROFOTO)
kleuren van sterren getrouw
weer.
worden ingesteld. Raadpleeg "Beperkingen voor elke
opnamestand" (p. 46) voor bijzonderheden.
opslaan als GEBRUIKERS-standen onder O t/m Q door
de vooraf ingestelde instellingen te wijzigen.
Functie
Pagina
p. 32
p. 35
p. 36
–