1.3. VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
LET OP!
• Montage, technische ondersteuning en uitbreiding van de apparatuur mag ALLEEN worden uitgevoerd
door personeel dat daartoe door de fabrikant is geautoriseerd.
• De tandheelkundige lamp moet geïnstalleerd worden op een specifiek besturings- en voedingsapparaat, zoals
een tandheelkundige eenheid, of met een elektrische installatie die voldoet aan de norm IEC 60364-7-710;
V2 (normen met betrekking tot elektrische installaties in medische ruimten), of gelijkwaardige normen die
gelden in het land van installatie.
De dubbelpolige stroomschakelaar moet een contactopening van ten minste 3 mm hebben (zoals
voorgeschreven door norm IEC 60601-1) en voldoen aan de normen IEC 61058-1, 60447 of andere normen
die van kracht zijn op de plaats van installatie.
Het verdient aanbeveling een installatieautomaat/aardlekschakelaar te gebruiken met de volgende kenmerken:
- differentiële gevoeligheid = 0,03A;
- contactopening van ten minste 3 mm;
- contactbereik: 250V 6A (bocht c).
• Om het risico van een elektrische schok te vermijden, mogen plafondlampen alleen worden aangesloten
een geaard stroomnet.
• De apparatuur mag uitsluitend worden gebruikt door bevoegd (medisch en paramedisch) personeel dat op
passende wijze is opgeleid.
• Voer alleen de handelingen uit die in de volgende handleiding worden beschreven; neem in alle andere
gevallen contact op met de Technische Assistentie.
• Oefen geen gewicht uit op enig deel van de apparatuur, gebruik alleen de kracht die nodig is om de
apparatuur te verplaatsen.
• De apparatuur moet in perfecte staat worden opgeslagen en bewaard.
De fabrikant aanvaardt geen (burger- en strafrechtelijke) aansprakelijkheid voor verkeerd of oneigenlijk gebruik
of nalatigheid bij het gebruik van de apparatuur.
• De apparatuur moet altijd bemand zijn wanneer deze wordt ingeschakeld en mag nooit onbeheerd worden
achtergelaten. Dit geldt met name in aanwezigheid van minderjarig/onbekwaam personeel of in het algemeen
voor onbevoegd personeel.
• Verricht geen onderhoud aan de apparatuur als de stroom is ingeschakeld; schakel dan eerst de stroomtoevoer
uit alvorens onderhoud te verrichten.
• De apparatuur is niet beschermd tegen het binnendringen van vloeistoffen (IPX0).
• Het apparaat mag niet worden gebruikt in aanwezigheid van een brandbaar mengsel van inhalatie narcoticum
en zuurstof of distikstofoxide (lachgas).
• De reinigingswerkzaamheden moeten worden uitgevoerd met uitgeschakelde lamp en bij kamertemperatuur.
• Verstuif de straal reinigingsvloeistof niet rechtstreeks op onderdelen van de lampenkop.
• Laat kleine onderdelen van de apparatuur niet onbeheerd of binnen het bereik van blootgestelde personen
(kinderen), want dat zijn potentiële bronnen van gevaar.
• Breng geen beschermingen aan, zelfs geen doorzichtige, op de lampenkop, want die kunnen de luchtinlaten
van de ventilator en de luchtuitlaat bij het doorzichtige scherm blokkeren.
• Verwijder het doorzichtige scherm niet terwijl de lamp aanstaat.
• Schakel de hoofdschakelaar van de apparatuur uit alvorens de praktijk te verlaten.
• Het apparaat wordt NIET-steriel geleverd.
• Richt de lichtstraal niet in de richting van de ogen.
• Het apparaat kan een klein elektromagnetisch veld opwekken, dus voorzichtigheid is geboden bij gebruik
in de buurt van levensondersteunende apparatuur (b.v. pacemakers of hartstimulators), zoals wordt
gespecificeerd in de gebruikershandleiding van dergelijke apparatuur.
• Het is verboden het apparaat te saboteren, zelfs in geval van storing.
1.4. VERWERKING AAN HET EINDE VAN DE LEVENSDUUR
Overeenkomstig de richtlijnen 2011/65/EG en 2012/19/EU betreffende de beperking van het gebruik van
bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur en afgedankte elektrische en elektronische
apparatuur, moeten elektrische en elektronische apparaten gescheiden van het stedelijk afval worden ingezameld.
Bij de aankoop van nieuwe apparatuur van een gelijkwaardig type, moet de apparatuur aan het einde van
haar levensduur, in verhouding één op één, bij de verkoper worden ingeleverd voor verwijdering.
De producent verricht de functies beschreven door de afzonderlijke nationale wetgevingen m.b.t. het
hergebruik, de recycling en andere vormen van terugwinning van elektrische en elektronische apparaten.
Een passende gescheiden inzameling voor de daaropvolgende recycling van de afgedankte apparatuur, de
behandeling en milieuvriendelijke verwijdering bestrijdt de negatieve gevolgen voor het milieu en voor de
gezondheid en bevordert de recycling van de materialen van de apparatuur.
Het symbool van de doorgekruiste vuilnisbak op de apparatuur geeft aan dat het product aan het einde van
de nuttige levensduur gescheiden moet worden ingezameld.
OPMERKING: Desinfecteer het apparaat voordat u het weggooit, wegens het gevaar van
kruisbesmetting.
LET OP!
De illegale verwijdering van het product zal worden bestraft op de wijze die is bepaald in de afzonderlijke wetgevingen.
IT
GEBRUIKSAANWIJZING
6