Configuratie van de gastransmitter
Om een apparaat met standaardconfiguratie individueel te configureren, gebruikt u een pc en
de pc-software Dräger PolySoft (zie gebruiksaanwijzing van de pc-software). Na afsluiting van
de configuratiewijzigingen de configuratie teruglezen en controleren.
Af fabriek is de volgende configuratie ingesteld (indien geen klantspecifieke configuratie
gekozen is, overeenkomstig de bestelling):
Configuratie:
Conversietabel %LEL
Meetgas
eenheid
Meetbereik
0 ... 100 %LEL
Kalibreergas
eenheid
Kalibratiegas-concentratie
Onderhoudssignaal
Storingssignaal
Beam-Block-waarschuwing (niet
geactiveerd)
118
Dräger PIR 7000
Type 334
Type 340
PIR 7200
Categorie 1
in navolging van NIOSH
Methaan
Propaan
Koolstofdioxide
%LEL
%LEL
0 ... 100 %LEL
0 ... 10 vol.-%
Methaan
Propaan
Koolstofdioxide
%LEL
%LEL
50 %LEL
3 mA
<1,2 mA
2 mA
Storingen, oorzaak en oplossingen
Storingen of fouten van de gastransmitter worden aangeduid door het gele statuslampje en
een analoog uitgangssignaal van < 1,2 mA (fabrieksinstelling). Met behulp van een pc en de
pc-software Dräger PolySoft (zie de onlinehelp van de pc-software) of met een HART
handbedieningsapparaat kunnen gedetailleerde foutgegevens worden uitgelezen.
4-20 mA-
Dräger
signaaluitgang
<1,2 mA
– – –
vol.-%
<1,2 mA
vol.-%
4 vol.-%
<1,2 mA
<1,2 mA of 0 mA
Als een storing niet met de genoemde maatregelen kan worden opgelost, is er mogelijk
sprake van een zware storing in het apparaat, die alleen door de service van Dräger kan
worden opgelost.
Apparaat afvoeren
Dit product mag niet als huishoudelijk afval worden afgevoerd. Daarom is het met het
symbool hiernaast gekenmerkt.
Dräger neemt dit product zonder kosten te berekenen terug. Informatie hierover geven
de nationale verkooporganisaties en Dräger.
Storing
Oorzaak
Beam-Block
Lichtbaan is
geblokkeerd of
optische
oppervlakken
zijn
verontreinigd.
Kalibratiefout
Kalibratie
onvolledig of
foutief.
Resultaat onder
Lichtbaan is
meetbereik.
geblokkeerd,
optische
oppervlakken
zijn
verontreinigd of
het nulpunt is
verschoven.
Fout in het 4 tot
Stroomkring
20 mA-signaal
voor analoge
signaaloverdrac
ht is gestoord
(storing is
zelfhoudend).
Voedingsspanni
ng te laag of te
hoog.
®
-
Oplossing
– Lichtbaan controleren op
verontreiniging.
– Optische oppervlakken
reinigen.
– Accessoires controleren op
correcte montage en
beschadigingen.
– Nulpunt- en
gevoeligheidskalibratie
controleren.
– Lichtbaan controleren op
verontreiniging.
– Optische oppervlakken
reinigen.
– Accessoires controleren op
correcte montage en
beschadigingen.
– Nulpunt- en
gevoeligheidskalibratie
controleren.
– Stroomkring controleren op
onderbrekingen of te hoge
weerstand.
– Voedingsspanning
controleren.