Instructies voor gebruik
1. Plaats het product in een geventileerde ruimte groter dan 9 m2.
2. Laat alle ventilatiegaten vrij, blokkeer ze niet.
3. Plaats het product niet in de buurt van warmtebronnen.
4. Het product werkt alleen in ruimtes tussen 5 °C en 35 °C graden Celsius.
Bedieningspaneel
Aan/uit knop
Druk op de aan/uit-knop om het product aan/uit te zetten.
Modus
Druk op de modusknop om verschillende modusinstellingen te
activeren: ventileren, koelen, ontvochtigen.
Slaapstand
Druk op de slaapknop om de slaapstand aan/uit te zetten.
Digitaal scherm
Het scherm toont de modusinstellingen van het product: ventilator,
koelen, ontvochtigen.
Kinderslot
Druk op de kinderslotknop om de kinderslotfunctie in/uit te
schakelen.
Snelheid
Druk op de snelheidsknop om verschillende ventilatorsnelheden in te
schakelen: laag en hoog.
Timer
Druk op de timer om de tijd in te stellen waarna het product
automatisch start of stopt.
Omhoog/Omlaag
Verhoog of verlaag de temperatuur.
5.