Solicap M FTI56
Sluit de potentiaalvereffening aan op de externe klem op de behuizing (T13, F13, F16, F17,
F27). In geval van de roestvaststalen behuizing F15, kan de aardklem zich ook in de behuizing
bevinden. Zie de separate documentatie betreffende toepassingen in explosiegevaarlijke
omgevingen voor overige veiligheidsinstructies.
6.1.2
Kabelspecificatie
Sluit de elektronicamodules aan met standaard instrumentkabel. Wanneer de
potentiaalvereffening aanwezig is en de afgeschermde instrumentkabels worden gebruikt,
sluit dan de afscherming aan beide uiteinden aan om het afschermingseffect te optimaliseren.
A
Kabelwartel
B
Aansluitingen elektronicamodule: aderdiameter max. 2,5 mm
C
De aardaansluiting buiten op de behuizing, aderdiameter max. 4 mm
⌀d Kabeldiameter
Kabelwartels
• Vernikkeld messing: ⌀d = 7 ... 10,5 mm (0,28 ... 0,41 in)
• Synthetisch materiaal: ⌀d = 5 ... 10 mm (0,2 ... 0,38 in)
• Roestvast staal: ⌀d = 7 ... 12 mm (0,28 ... 0,47 in)
6.1.3
Connector
Voor de uitvoering met een connector M12, hoeft de behuizing niet te worden geopend voor
het aansluiten van de signaalkabel.
Endress+Hauser
B
A
C
d
Elektrische aansluiting
3
2
(14 AWG)
2
(12 AWG)
A0040478
15