6.1 Veiligheidsvoorschriften voor het
gebruik, reinigen en repareren
• Het apparaat is bestemd voor het op industriële schaal berei-
den van gerechten. Het mag alleen door gespecialiseerd perso-
neel gebruikt en gereinigd worden. Het onderhoud en de repa-
ratie ervan mogen alleen door erkende monteurs verricht wor-
den.
• Deze aanwijzingen dienen in het kader van de interne trai-
ning aan de betrokken medewerkers meegedeeld te worden.
• Let op! Tijdens het gebruik dient het apparaat voortdurend
in de gaten gehouden te worden!
• Oververhit vet en olie kunnen in brand vliegen. Gebruik de
apparatuur uitsluitend onder voortdurende controle. Gebruik
nooit water om brandend vet of olie te blussen! Afdekken
met een deksel, de plaat uitdoen en de pan van de pit halen.
• Laat de branders niet werken zonder dat er te bereiden
voedsel op staat.
• Overbelast het fornuis niet. Voor een correct gebruik mogen
de pannen niet veel groter zijn dan de pitten.
• Delen van de apparatuur en accessoires die na reiniging met
schoonmaakmiddelen in aanraking komen met de levensmidde-
len dienen grondig met drinkwater te worden afgespoeld.
• Spuit het apparaat niet af met water-, stoom- of hogedruk-
spuiten!
• Indien de omgeving gereinigd wordt met water-, stoom- of
hogedrukspuiten dient het apparaat eerst uitgeschakeld te
worden!
• Tijdens het reinigen dient het apparaat uitgeschakeld te zijn.
• Gebruik geen brandbare vloeistoffen om het apparaat te
reinigen.
• Reparaties mogen uitsluitend door erkende monteurs ver-
richt worden.
• Voor reparatiewerkzaamheden dient het apparaat omnipo-
lair van de spanning geïsoleerd te worden (door de klant ver-
schafte schakelaar, bijv. veiligheidscontactverbreker).
• De geluidsdruk van de werkende apparatuur is lager dan
70dB (A). Bepaalde nationale veiligheidsvoorschriften leggen
deze aanduiding verplicht op.
WAARSCHUWING
Let op! De fabrikant wijst elke vorm van aansprakelijkheid af
voor fouten in deze aanwijzingen, veroorzaakt door vertaal-
of drukfouten: hij behoudt zich bovendien het recht voor om
de wijzigingen aan het product aan te brengen die hij voor
nodig houdt, zonder de fundamentele eigenschappen ervan
te wijzigen. De fabrikant wijst elke vorm van aansprakelijk-
heid af, indien de voorschriften in deze gebruiksaanwijzing
niet nauwgezet in acht genomen worden.
6.2 Het uitschakelen in geval van storing
Schakel het apparaat bij een storing volgens de paragraaf
"Handelwijze bij storing en maatregelen indien het apparaat gedu-
rende langere tijd niet gebruikt wordt" uit. Sluit de aansluitkraan
van het apparaat bij een storing. Neem de stroom van het apparaat
door de elektriciteitsvoorziening uit te schakelen.
6.2.1 Handelwijze bij storing en maatregelen indien het
apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt wordt
Indien het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt wordt,
moet het grondig schoongemaakt worden, dient men de gaskraan
van de installatie dicht te draaien en de eventuele elektriciteitstoe-
voer uit te schakelen.
Als het apparaat kapot is of niet goed werkt dient men de gaskraan
van de installatie dicht te draaien. Informeer de servicedienst in
geval van storingen.
505_06 - ELEKTRISCHE FRITEUSE
6 - GEBRUIKSAANWIJZING
6.3 Zorg voor het apparaat en onderhoud-
sprogramma
Een zorgvuldige dagelijkse reiniging na uitschakeling van het appa-
raat garandeert een perfecte functionaliteit en een lange levens-
duur. De roestvrij stalen onderdelen dienen gereinigd te worden
met een in een sopje vochtig gemaakte doek. Gebruik geen agres-
sieve- of schuurmiddelen.
Er mag geen staalwol gebruikt worden, omdat dit roest kan veroor-
zaken.
Om dezelfde reden dient contact met ijzeren materialen vermeden
te worden. Gebruik bij het reinigen geen schuurpapier en papier
met smeergel.
In bijzondere gevallen mag puimsteenpoeder gebruikt worden.
Als het apparaat erg vuil is, wordt aangeraden kunststof sponzen
(bijv. Scotchbrite) te gebruiken.
Na het reinigen afspoelen met schoon water en met een doek
droogwrijven.
Indien het nodig mocht zijn de hoofdbrander te reinigen, dient
men als volgt te handelen:
• Verwijder de ondersteuning van de pan, het deksel, de kronen
en de brandersteun;
• Reinig de onderdelen van de brander met water en schoon-
maakmiddel. Gebruik hiervoor geschikt werktuig. Spoel en
droog alles vervolgens af;
• Verzeker u er tijdens de hermontage van dat alle onderdelen op
de goede plek teruggeplaatst worden.
Alle onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mogen uitsluitend
door een erkende vakman verricht worden.
Met dient het apparaat minstens één keer per jaar te laten contro-
leren. Hiervoor wordt aangeraden een onderhoudscontract af te
sluiten
6.4 Aanbevelingen voor de behandeling van
roestvrij stalen industriële keukenapparaten
6.4.1 Nuttige informatie over roestvrij staal
Over het algemeen worden industriële keukenapparaten gemaakt
van de soorten roestvrij staal met de volgende materiaalcodes:
• 1.4016 of 1.4511 = magnetiseerbare chroomstaal
• 1.4301, 1.4401 et 1.4571 = niet magnetiseerbare chroomnik-
kelstaal
Chroomstaal heeft gunstige warmtetechnische eigenschappen. Deze
hebben namelijk minder de neiging om bij warmte-inwerking te
vervormen.
Chroomnikkelstaal daarentegen heeft goede corrosiebestendige
eigenschappen.
De corrosiebestendigheid van roestvrij staal komt door een passi-
veerlaag, die op het oppervlak ontstaat als deze in aanraking komt
met zuurstof.
De zuurstof in de lucht is reeds voldoende om de passiveerlaag te
vormen die storingen of beschadigingen, veroorzaakt door mecha-
nische inwerking, automatisch herstelt. De passiveerlaag ontstaat of
herstelt zich sneller, als het staal in aanraking komt met stromend
water dat zuurstof bevat.
Een nog sterker effect wordt verkregen middels zuur met oxideren-
de werking (salpeterzuur, oxaalzuur). Deze zuren worden gebruikt
als het staal sterk chemisch belast is en de passiveerlaag hierdoor in
hoge mate verloren is gegaan.
De passiveerlaag kan chemisch beschadigd of aangetast worden
12 · 16
Let op! Maak het apparaat niet schoon met recht-
streekse waterstralen of de hogedrukspuit!
Men dient het apparaat schoon te maken als het koud is.
Het apparaat mag in geen geval met water of hoge-
drukspuiten afgespoten worden!
11/2006