MONOBLOC
10.
PROBLEEMOPLOSSING
Probleem
Storing in het
elektronisch
paneel
Lage of ontoereikende
watertemperatuur
Water te heet
en/of met stoom
Verminderde werking
van het
warmtepompcircuit
waardoor weerstand is
geactiveerd, in "Auto"-
modus
42
Mogelijke oorzaken
Geen stroom
Beschadigde of niet
aangesloten kabel
Lage temperatuur ingesteld
voor Setpoint
Een of andere actieve fout
Beschadigde of niet
aangesloten kabel
Vakantiemodus geactiveerd Deactiveer de vakantiemodus.
Apparaat of compressor
uitgeschakeld
Grote hoeveelheid water
gebruikt
Terugloop van warm water
naar het koudwatercircuit
ECO-modus geselecteerd
en vrij lage
buitentemperatuur
Ondersteuningsweerstand
uitgeschakeld
Probleem met de sonde
Probleem met de
veiligheidsthermostaat.
Extreem lage
omgevingstemperatuur
Lage temperatuur inkomend
water
Installatie met lage
elektrische spanning
Problemen met het
warmtepompsysteem
Verdamper geblokkeerd of
bevroren
Problemen met de ventilator Controleer de toestand van de kabels.
Technische handleiding
Hoe te handelen
Controleer of er stroom is.
Controleer de bijbehorende stroomonderbreker.
Controleer de integriteit van het elektrische circuit
van het elektronische paneel
Pas de setpointtemperatuur aan. Fabrieksinstelling
53ºC.
Controleer het elektronische paneel op fouten en
raadpleeg de foutentabel. (hoofdst. 8)
Controleer de aansluiting van het apparaat op
het stopcontact.
Controleer of de betreffende stroomonderbreker
aan staat.
Controleer de integriteit van de kabel. Controleer of
de elektrische kabel is losgekoppeld van de
elektronica.
Controleer de elektrische beveiliging (zekering).
Zie hoofdstuk 5.4 voor het opstarten van het
apparaat.
Zet het apparaat in de "BOOST"-modus en
wacht tot het water is opgewarmd.
Sluit de koudwatertoevoerkraan om de
veiligheidsgroep uit te schakelen. Open een
warmwaterkraan. Wacht 10 minuten en als het
water warm wordt, vervang dan de defecte
leidingen en/of zorg voor een correcte plaatsing
van de veiligheidsgroep.
Maak het filter van de veiligheidsgroep schoon.
Zet het apparaat in de "AUTO"-modus voor
automatisch beheer van het systeem.
Zet het apparaat in de "BOOST"-modus voor een
snelle opwarming van het water.
Zorg ervoor dat de ondersteuningsweerstand van
stroom voorzien is.
Controleer het display op fouten. Zo ja, vervang
dan de sonde.
Controleer de goede werking van de
veiligheidsthermostaat.
De werking van het apparaat is afhankelijk van de
weersomstandigheden.
De werking van het apparaat is afhankelijk van de
temperatuur van het inkomende water.
Zorg ervoor dat de installatie wordt voorzien van
de aangegeven spanningswaarde.
Controleer het display voortdurend op fouten.
Reinig de verdamper.