Om de stelschroeven van de eindschakelaar gemakkelijker te identificeren, zie de figuren 9 – 0 afhankelijk van de richting
waarin de motor gemonteerd is (links of rechts), en de configuratie van de kast (binnen of buiten).
5.1 REGELING EINDSCHAKELAAR BIJ DALING
BIJBEHORENDE EINDSCHAKELAAR
DRAAIRICHTING AS
1) Houd de knop omlaag ingedrukt
2) Draai de schroef van de eindschakelaar voor de draairichting "omlaag" van de as (Fig.9 ref.a) met de regelstaaf (Fig.1 ref.e) in
de richting van het plusteken (+) om de slag van het rolluik/-gordijn of zonnescherm te vergroten, in de richting van het minusteken
( - ) om de slag te verkleinen.
5.2 REGELING EINDSCHAKELAAR BIJ STIJGING
BIJBEHORENDE EINDSCHAKELAAR
1) Houd de knop omhhoog ingedrukt.
2) Draai de schroef van de eindschakelaar voor de draairichting "omhoog" van de as (Fig.10 ref.a) met de regelstaaf (Fig.1 ref.
e) in de richting van het plusteken (+) om de slag van de het rolluik/-gordijn of zonnescherm te vergroten, in de richting van het
minusteken ( - ) om de slag te verkleinen.
6 NOODBEDIENING
De buisvormige motoren T-mode serie M zijn voorzien van een
noodbedieningsvoorziening. Het rolluik/-gordijn of zonnescherm
kan ook worden bewogen als de elektriciteit tijdelijk uitvalt, door
gebruik te maken van een handbediening.
Als de stroom uitvalt moet de stang in het oog worden gestoken
(Fig.11 ref.a) en moet deze worden gedraaid, zodat het
rolluik/-gordijn of zonnescherm geopend of gesloten wordt.
a
a
DRAAIRICHTING AS
BIJBEHORENDE EINDSCHAKELAAR
Fig.9
BIJBEHORENDE EINDSCHAKELAAR
Fig.10
a
5
a
DRAAIRICHTING AS
a
DRAAIRICHTING AS
Fig.11