Audio-aanpassingen
Audioregeling
U kunt wijzigingen aanbrengen aan de volgende
items voor audioregeling ;
Instelitem
Display
Achtervolume
"REAR VOLUME" 0 — 35
Subwooferniveau
"SUB-W LEVEL"
System Q
"NATURAL"/
"USER"/"ROCK"/
"POPS"/"EASY"/
"TOP40"/"JAZZ"/
Niveau van de lage
"BASS LEVEL"
tonen*
Niveau van de
"MIDDLE LEVEL" –8 — +8
middentonen*
Niveau van de hoge
"TREBLE LEVEL"
tonen*
Balans
"BALANCE"
Fader
"FADER"
Sluit de audioregelfunctie (volumeregelfunctie) af
* Brontoongeheugen: de ingestelde waarde wordt per
bron in het geheugen opgeslagen.
⁄
• "USER": de bereiken die de laatste keer zijn ingesteld
voor de niveaus van de lage tonen, middentonen en
hoge tonen worden automatisch opgeroepen.
1
Kies de in te stellen geluidsbron
Raadpleeg <Spanning/geluidsbron-keuzetoets> in
<Basisbediening> (pagina 68).
2
Activeer de audioregelfunctie
Druk op de knop [AUD].
3
Kies het in te stellen audio-item
Druk op de knop [AUD].
4
Stel het item in
Draai aan de knop [AUD].
5
Sluit de audioregelfunctie af
Druk op een willekeurige toets.
Druk op een andere toets dan de [AUD]-knop of
[0]- en [ATT]-toets.
82
|
KDC-W6641U/ KDC-W6541U/ KDC-W6141U/ KDC-W6041U
Instelbereik
–15 — +15
Natuurlijk/Persoonlijke
instelling/Rock/Pop/Easy-
listening/Top 40/Jazz
(De indicator licht op
naargelang de instelling.)
–8 — +8
–8 — +8
Links 15 — Rechts 15
Achteraan 15 — Vooraan 15
Audio-instelling
U kunt het geluidssysteem als volgt instellen;
Instelitem
Display
Hoogdoorgangsfilter
"HPF-F"
voor de voor-uitgang
Hoogdoorgangsfilter
"HPF-R"
voor de achter-uitgang
Laagdoorgangsfilter
"LPF"
Fase voor niet-
"SW PHASE"
fadergestuurde uitgang
Volumecompensatie
"VOL-OFFSET"
Toonversterking
"LOUD"
Dubbele-zonesysteem "2 ZONE"
⁄
• Volumecompensatie: het volume van elke
geluidsbron kan worden gecompenseerd en aan het
standaardvolume worden aangepast.
• Toonversterking: versterken van de lage en hoge tonen
bij weergave met een laag volume. (Alleen de lage toon
wordt gecompenseerd wanneer de tuner als bron wordt
geselecteerd.)
• Dubbele-zonesysteem
De hoofdbron en de subbron (hulpingang) geven het
voorkanaal en het achterkanaal afzonderlijk weer.
- Stel het kanaal van de subbron door middel van
"Zone2" in <Functieregeling> (pagina 70).
- De hoofdbron wordt gekozen met de toets [SRC].
- Het volume van het voorkanaal wordt afgesteld met de
knop [AUD].
- Pas het volume van het achterkanaal aan door middel
van <Audioregeling> (pagina 82) of de [5]/[∞]-toets
op de afstandsbediening (pagina 85).
- De audioregeling heeft geen effect op de subbron.
1
Kies de in te stellen geluidsbron
Raadpleeg <Spanning/geluidsbron-keuzetoets> in
<Basisbediening> (pagina 68).
2
Activeer de audio-instelfunctie
Houd de knop [AUD] ten minste 1 seconde
ingedrukt.
3
Kies het in te stellen audio-instelitem
Druk op de knop [AUD].
4
Stel het audio-instelitem in
Draai aan de knop [AUD].
5
Sluit de audio-instelfunctie af
Houd de knop [AUD] ten minste 1 seconde
ingedrukt.
Instelbereik
Doorlaten/80/100/120/
150/180 Hz
Doorlaten/80/100/120/
150/180 Hz
60/80/120/Doorlaten Hz
Omgekeerd (180°)/
Normaal (0°)
–8 — ±0 (AUX: -8— +8)
Uit/Aan
Uit/Aan