5.1.2
Controlelampjes
4
3
2
1
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
De waarschuwingslampen voor de motoroliedruk, de laadcontrole en de rem-
/voedingsdrukcontrole moeten oplichten van zodra de ontsteking wordt ingescha-
keld. Van zodra de motor is gestart, moeten deze doven.
Bedienings- en display-elementen
5
13
14
Controlelamp Error
Controlelampje laadtoestand accu (laadcontrole)
Controlelampje motoroliedruk
Controlelamp koelwatertemperatuur van de motor
Controlelamp voor de temperatuur van de hydraulische olie
Controlelampje voor noodstop
Controlelamp dieselreserve
Controlelampje voorgloeien
Controlelampje voor remdruk
Controlelampje parkeerverlichting
Controlelampje dimlicht
Controlelampje knipperlicht
Meter brandstofpeil
Teller bedrijfsuren
Accuspanning
Foutcodes
6
7
8
15
9
16
10
11
12
43