1. Zet de aan/uit schakelaar (8) op 1.
2. Controleer de instelling in de display en stel een
hoge warmtevraag in.
3. Selecteer "Service" in menu 8.1.1.
4. Selecteer "Aan" in menu 9.2.4 (elektrische verwar-
ming).
5. Selecteer "10 dagen cont." in menu 9.2.12. De cir-
culatiepomp draait 10 dagen onafgebroken en
schakelt vervolgens over naar normaal bedrijf.
6. Controleer of de bron- en CV-systeempomp ont-
lucht zijn en controleer of zij draaien.
7. Controleer of de bron- en CV-systeempomp in
bedrijf zijn. Breng de pomp zonodig op gang.
8. Controleer of de ingaande en uitgaande tempera-
turen van het collectorsysteem in menu 5.0 cor-
respondeert met de temperatuur van de bodem,
hetgeen duidt op doorstroming van het bronsys-
teem.
9. Selecteer "Uit" in menu 9.2.4.
10. Selecteer de lente-/herfststand met de
bedrijfsstandknop op de display.
11. Stel de knop verschuiving stooklijn zodanig in dat
er verwarming wordt gevraagd. De compressor
wordt gestart na ca. 3-5 minuten.
12. Als de warmtepomp een FIGHTER 1140- 12, 15,
17 3x400V is, moet de rotatierichting bij de
inbedrijfstelling van de compressor worden
gecontroleerd. Zie het hoofdstuk rotatiecontro-
le FIGHTER.
13. Lees de temperatuur van het bronsysteem af in
menu 5.0. Wanneer het systeem in balans is, moet
het verschil tussen temperatuurwaarden 2 – 5 °C
bedragen. Regel de hoeveelheid waterdoorstro-
ming met de drie (vier) standen schakelaar op de
circulatiepomp van het bron (collector) systeem
(35). Een groot verschil duidt op een lage door-
stroming in het bron (collector) systeem. Een klein
verschil duidt op een hoge doorstroming in de
bodemcollector/bronsysteem.
FIGHTER 1140 5-10 kW
Inbedrijfstelling en inregeling
Opstarten en controleren
Belangrijk is de oververhittingstem-
peratuur in menu 5.13. Deze tempe-
ratuur varieert tussen de 4°C en
10 °C. Als de temperatuur snel daalt
beneden de 0°C de warmtepomp
direct uitschakelen.
De pomp kan worden ingesteld om
de juiste doorstroming van het bron-
systeem (collector) te regelen.
14. Controleer de aanvoertemperatuur in menu 2.0 en
de retourtemperatuur in menu 2.7. Wanneer de
warmtepomp warmtapwater aanmaakt zonder
elektrische bijverwarming moet het verschil tussen
deze temperatuurwaarden (bij stooklijnregeling)
5-10 °C bedragen. Regel de doorstroming met de
knop op de circulatiepomp van het CV-systeem
(16). Een groot temperatuurverschil duidt op een
lage doorstroming in het CV-systeem. Een klein
verschil duidt op een hoge doorstroming in het CV-
systeem.
De pomp kan worden ingesteld
om de juiste doorstroming van
het CV-systeem te regelen.
15. Stel de datum en tijd in, in menu 7.1 en 7.2.
16. Vul het inbedrijfstellingsrapport op pagina 2 in.
17. Selecteer de automatische bedrijfsstand
met de bedrijfsstandknop.
18. Stel het besturingssysteem in aan de hand
van de behoeften van het pand. Zie het
hoofdstuk "Instellingen – Verwarmingsregeling".
FIGHTER 1140 12-17 kW
De compressor mag niet gedwongen
worden gestart met intervallen die kor-
ter zijn dan 1 start per 15 minuten.
FIGHTER 1140
2
1
LET OP!
35