Bediening van het apparaat
Functieknop
Met de functieknop 4 kunt u de grote kookplaat 1
NL
of de oven inschakelen:
BE
Symbool
Niveauschakelaar "Kleine kookplaat"
De kleine kookplaat 2 kunt u met de niveauschake-
laar "Kleine kookplaat" 5 inschakelen. Er zijn 4
temperatuurstanden beschikbaar.
Temperatuurregelaar
Met de temperatuurregelaar 3 kunt u de gewenste
temperatuur voor de ovenfuncties "Bovenwarmte",
"Onderwarmte" en "Boven- en onderwarmte"
instellen.
20
Betekenis
Ovenfunctie "Bovenwarmte"
bijv. voor afbakken
Ovenfunctie "Onderwarmte"
bijv. voor bakken van taarten
Ovenfunctie
"Boven- en onderwarmte"
bijv. voor bakken van pizza's
Grote kookplaat 1, 850 W
Grote kookplaat 1, 1100 W
Grote kookplaat 1, 1500 W
"OFF"
de grote kookplaat 1 en de
oven zijn uitgeschakeld
Grillen en bakken in de oven
OPMERKING
U kunt de oven tegelijk met de kleine kookplaat
gebruiken. De oven kan echter niet tegelijk met
de grote kookplaat worden gebruikt.
1) Leg de kruimelplaat 8 in het apparaat.
2) Haal het grillrooster 0 en de bakplaat 9 uit
het apparaat. Bedek deze desgewenst met
bakpapier resp. bestrijk de bakplaat 9 met
voor bakken geschikt vet/olie.
3) Sluit de glazen deur 7.
OPMERKING
►
Afhankelijk van het gerecht moet de oven
worden voorverwarmd. Volg de aanwijzingen
in het betreff ende recept op. Voorverwarmen
is in elk geval zinvol bij:
–
zeer korte baktijden,
–
knapperige korsten,
–
delicate gerechten die een constante
temperatuur vereisen, zoals bijvoorbeeld
souffl és.
4) Laat het apparaat ca. 10 minuten (al naar ge-
lang de temperatuurinstelling) op de gewenste
temperatuur heet worden:
–
Kies de gewenste temperatuur met de tem-
peratuurregelaar 3.
–
Kies daarna met de functieknop 4 de
gewenste functie. Het indicatielampje 6
brandt.
5) Als de oven heet is, legt u het grill- resp. bak-
goed op het grillrooster 0 resp. de bakplaat 9
en schuift u het in een van de geleidingen.
Let daarbij op voldoende afstand tussen het
grill- resp. bakgoed en de binnenwanden en
verwarmingselementen van het apparaat.
SMK 2500 A1