14 Alarm en foutmeldingen
PROBLEEM
Poort gaat niet meer open
of dicht.
De werklengte van de poort
verloopt niet correct
ALARM
LED POWER off
Geen stroomtoevoer
LED POWER off
Zekering gesprongen
OF St
Fout bij ingang netspanning.
Controle initialisatie mislukt.
FUSE
Zekering F1 is gesprongen.
Dit bericht is niet zichtbaal als stur-
ing op de batterij werkt.
Pr Ot
Overstroom ontdekt in omvormer.
dA tA
Waarden werklengte niet correct
Parameter
Motor niet aangesloten
fe
Beide eindschakelaars geactiveerd. Controleer de aansluitingen van de eind-
Example:
Fout in configuratieparameter.
15 ee
21 ee
Ene1
Encoder niet aangesloten
enE3
Ernstig encoder defect
Ene5(EnE5)
Encoder defect
Onvoldoende voeding
Batterij functie
EnE8
Rekenfout van encoder
Thermische stroomonderbreker do-
doorgeslagen
btLO (btLO)
Platte batterij
stoP
Ontgrendeling open
flashing
no PH
Motor kalibratie mislukt
AP PE
TEST knop per ongeluk ingedrukt
Veiligheden in staat van alarm
Overmatig spanningsverlies
Verkeerde instelling in parameters
en
MOGELIJKE OORZAAK
gewijzigd
.
ACTIE
Controleer voedingskabel
Vervang de nodige zekeringen. Ontkoppel
steeds de stroomtoevoer bij het vervangen.
Ontkoppel de besturingseenheid van de
stroomtoevoer, wacht 10 min, en zet de bes-
turingseenheid terug onder spanning. Als het
probleem zich blijft voordoen, vervang de bes-
turingseenheid.
Vervang de nodige zekeringen. Ontkoppel
steeds de stroomtoevoer bij het vervangen.
Druk twee maal op de TEST-knop of geef 3 com-
mando's na elkaar.
Herhaal het aanleren van de werklengte
Herhaal het aanleren van de werklengte
Controleer de motorkabel.
schakelaars of kijk of vreemde voorwerpen de
eindschakelaars blokkeren.
Stel de configuratiewaarde correct in en sla op.
Controleer de aansluiting aan de encoder.
Als het probleem zich blijft voordoen, vervang
de encoder.
Druk op de knop TEST. Als de foutcode opnieuw
wordt weergegeven, schakelt u de besturingse-
enheid 5 seconden uit. Vervang de encoder als
het probleem zich blijft voordoen.
Druk op de knop TEST. Vervang de encoder als
het probleem zich blijft voordoen.
Als de besturingseenheid vuil, vocht, insecten
of andere vreemde stoffen bevat, schakel de
besturingseenheid uit en reinig de sturing en
encoder. Vervang de encoder of sturing indien
het probleem blijft bestaan.
De accuspanning is bijna op
Herhaal het aanleren van de werklengte
Functie wordt automatisch hersteld binnen 2
min.
Wacht op netspanning om de batterijen op te
laden.
Sluit de ontgrendelingshendel, draai de sleutel
in de juiste positie. Controleer of de poort cor-
rect vergrendeld is.
Herhaal het aanleren van de werklengte
Als het probleem zich blijft voordoen, controle-
er de connectie tussen motor en encoder.
Controleer de ontgrendeling
Controleer of de motor draait zonder belemme-
ring.
Herhaal het aanleren van de werklengte
Controleer de aansluiting van de veiligheden
Herhaal het aanleren van de werklengte
Controleer de spanning
wijzig parameters
en
gewicht en de snelheid van de vleugel.
correct voor het
23