Problemen oplossen
Eventuele problemen met uw computer kunt oplossen met aanduidingen, zoals diagnostische lampjes, piepcodes en
foutmeldingen die eventueel tijdens het werken met de computer optreden.
Diagnostische ledlampjes
OPMERKING: De diagnostische ledlampjes dienen slechts als voortgangsindicator tijdens het POST-proces. Deze
lampjes geven niet het probleem aan dat er de oorzaak van is dat het POST-proces stopt.
De diagnostische ledlampjes bevinden zich aan de voorzijde van het chassis, naast de aan-uitknop. Deze diagnostische
ledlampjes zijn alleen actief en zichtbaar tijdens het POST-proces. Zodra het besturingssysteem begint te laden, gaan de
lampjes uit en zijn deze niet langer meer zichtbaar.
Elk ledlampje heeft twee mogelijke standen van UIT of AAN. De belangrijkste bit heeft het nummer 1 en de andere drie
hebben de nummers 2, 3 en 4 als u omlaag of dwars door de rij van ledlampjes gaat. Bij normaal bedrijf na POST zijn de
vier lampjes AAN en gaan zij uit wanneer het BIOS de controle overgeeft aan het besturingssysteem.
OPMERKING: De diagnostische lampjes gaan knipperen wanneer de aan-uitknop geel is of is uitgeschakeld, en
knipperen niet wanneer deze wit is.
Tabel 13. Patronen POST diagnostische ledlampjes
Diagnostische ledlampjes
•
De computer is uitgeschakeld
of krijgt geen stroom.
•
De computer is opgestart en
werkt normaal.
Configuratieactiviteit van het PCI-
apparaat is bezig of er is een fout van
het PCI-apparaat gedetecteerd.
Er heeft zich mogelijk een fout in de
processor voorgedaan.
Er zijn geheugenmodules
gedetecteerd, maar er heeft zich een
fout voorgedaan in de voeding van het
geheugen.
•
Sluit de netvoeding aan en
schakel de computer in als de
computer uitstaat.
•
Verwijder alle externe kaarten
uit de PCI- en PCI-E-sleuven
en start de computer opnieuw
op. Als de computer opstart,
plaatst u de kaarten een voor
een terug totdat u de
probleemkaart vindt.
•
Plaats de processor terug.
•
Als er twee of meer
geheugenmodules zijn
geïnstalleerd, verwijder dan
de modules, installeer één
module opnieuw en start de
computer opnieuw op. Als de
computer normaal opstart,
gaat u verder met de
installatie van de andere
geheugenmodules (één
6
53