MATERIAAL KALIBRATIE
HOOFDSTUK 7
Effect van de Kalibratie Regels
De kalibratie data punten definiëren een best passende lijn en juist deze lijn gebruiken de
variabelen B en C welke de kalibratie definiëren. Het effect van de kalibratie regels is om
de kalibratie lijn aan te passen als de kalibratie data niet voldoet aan het criteria zoals die
wordt omschreven in Appendix A. In dit geval wordt de best passende lijn door de punten
aangepast.
Voor standaard zand moeten de regels worden ingeschakeld zodat de data die niet past in
het criteria gesteld in Appendix A worden aangepast om tot een betere kalibratie te komen.
Het is belangrijk te weten dat de regels zijn gemaakt voor een sensor die gemonteerd is op
de aangegeven wijze. Zie gebruikers handleiding van de sensor voor meer informatie.
Als echter verschillende materialen worden gemeten of dat de installatie anders is dan de
voorgestelde methode, kan het beter zijn om de kalibratie regels uit te schakelen (onder de
grafiek). Dit is installatie specifiek en moet worden bepaald door de engineer van de
installatie.
Als we de grafiek hieronder bekijken zijn er 3 kalibratiepunten in de tabel ingegeven waarbij
de kalibratieregels zijn ingeschakeld. De data wordt niet volledig correct gevonden volgend
het criteria en waarschuwingsbericht verschijnt. De B en C kalibratie coëfficiënten die de
lijn beschrijven worden getoond.
Als voor de zelfde dataset de regels zijn uitgeschakeld veranderd de grafiek en zijn alle
gestippelde lijnen verdwenen. Een best passende lijn wordt getrokken. Er wordt geen
waarschuwingsbericht gegeven en de resulterende kalibratie coëfficiënten worden getoond.
HYDRO-COM GEBRUIKERS HANDLEIDING
42
HD0273NL REV. 1.0.1